Vragen van de leden Fritsma en Wilders (beiden PVV) aan de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid over de kinderen die bij het kinderpardon zijn afgewezen en nu een herbeoordeling krijgen zoals vermeld in de brief van 29 januari 2019 (ingezonden 1 februari 2019).

Vraag 1

Wat is het gemiddeld aantal gezinsleden, ouders, broers en zussen, dat met deze kinderen in Nederland verblijft?1

Vraag 2

Wat is de top vijf van de landen van herkomst?

Vraag 3

Wat is het gemiddeld aantal verblijfsprocedures dat deze gezinnen in Nederland hebben doorlopen, zowel asiel als regulier, en wat is de top vijf van de gevraagde verblijfsdoelen?

Vraag 4

In hoeveel gevallen zijn er meer dan drie verschillende procedures doorlopen en is het procedurestapelen dus tot kunst verheven?

Vraag 5

Wat is de gemiddelde periode van illegaal verblijf in Nederland van deze gezinnen, vanaf de periode dat de wettelijke vertrekplicht van toepassing was?

Vraag 6

Hoe vaak is de Immigratie- en Naturalisatiedienst (IND) in deze zaken zelf in beroep gegaan in alle verblijfsprocedures van deze gezinnen?

Vraag 7

Bij hoeveel van deze gezinnen is het meewerkcriterium tegengeworpen toen een beroep werd gedaan op het kinderpardon?

Vraag 8

Bij hoeveel gezinnen is bij tegenwerping van de meewerkplicht vaker dan een keer een situatie geweest dat men bijvoorbeeld niet is komen opdagen bij een afspraak bij de Dienst Terugkeer en Vertrek?

Vraag 9

Bij hoeveel van de gezinnen is ooit een situatie geweest dat er al een vertrekdatum vast heeft gestaan maar dat men niet kwam opdagen op het vliegveld of het vertrek tegenwerkte met een nieuwe verblijfsaanvraag, de zogenaamde vliegtuigtrapaanvraag?

Vraag 10

Verbleven alle gezinnen in voorzieningen van het Rijk? Zo nee, in hoeveel gevallen werd illegaal verblijf gefaciliteerd door gemeenten middels huisvesting en / of financiële middelen en wat zijn de details hieromtrent?


X Noot
1

Brief Staatssecretaris Justitie en Veiligheid «Een nieuwe balans in het regeerakkoord» d.d. 29-1-2019

Naar boven