Vragen van het lid Leijten (SP) aan de Minister van Financiën over de koersval van de Turkse lira (ingezonden 13 augustus 2018).

Vraag 1

Kunt u de gevolgen schetsen voor Nederlandse en Europese banken van de huidige koersval van de Turkse Lira? Hoe kunnen (Nederlandse) banken schade ondervinden van de extreme koersval van de Turkse munt?1

Vraag 2

Welke maatregelen moet de Europese Centrale Bank (ECB) nemen ten aanzien van deze blootstelling van Europese banken aan schulden van Turkije?

Vraag 3

In welke mate is er een besmettingsgevaar voor de Europese banken? Is het besmettingsgevaar vergelijkbaar met de situatie die optrad toen Griekenland niet meer kredietwaardig was?2 Kunt u uw antwoord toelichten?

Vraag 4

Klopt het dat de Spaanse bank BBVA, het Italiaanse UniCredit en het Franse BNP Parisbas veel aan Turkije (en het bedrijfsleven aldaar) geleend hebben? In hoeverre zijn deze banken in staat de onzekere leningen op te vangen? Kunt u uw antwoord toelichten?

Vraag 5

Welk risico loopt ING over de dik 10 miljard euro die zij geleend heeft aan Turkije en Turkse bedrijven?

Vraag 6

Kunt u aangeven of er bij het uitlenen van het geld al sprake was van een oververhitte economie en waardevermindering van de lira?

Vraag 7

Wat zijn de oorzaken van de koersval van de Turkse lira volgens u? Welke externe factoren en interne zijn er aan te wijzen?

Vraag 8

Welke rol spelen ratingbureaus bij deze koersval?

Vraag 9

Hoe groot is volgens u de kans op een Turkse «bankrun»?

Vraag 10

Gaat u akkoord met een eventuele Europese «bail out» van Turkije? Kunt u uw antwoord toelichten?

Toelichting:

Deze vragen dienen ter aanvulling op eerdere vragen terzake van het lid Bruins (ChristenUnie), ingezonden 13 augustus 2018 (vraagnummer 2018Z14605).

Naar boven