Vragen van de leden Diertens (D66) en Van den Berg (CDA) aan de Staatssecretarissen van Sociale Zaken en Werkgelegenheid en van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties over kinderrechten in Caribisch Nederland (ingezonden 13 juni 2018).

Vraag 1

Bent u bekend met het bericht «1 miljard voor kinderen, maar alleen in Europees Nederland»?1 Is het waar dat er geen geld beschikbaar wordt gesteld om gezinnen met kinderen in Caribisch Nederland te ondersteunen? Kunt u uw antwoord toelichten?

Vraag 2

Deelt u de mening dat armoede onder kinderen moet worden bestreden, ook in Caribisch Nederland? Zo ja, welke maatregelen gaat u nemen om armoede onder kinderen in Caribisch Nederland op korte termijn te bestrijden?

Vraag 3

Deelt u de mening dat, mede naar aanleiding van de rapporten van de Commissie Spies en van het Nibud, waaruit blijkt dat het voor een grote groep inwoners in Caribisch Nederland moeilijk is om rond te komen, er zo spoedig mogelijk een sociaal minimum moet worden vastgesteld, zodat besluiten kunnen worden genomen over de hoogte van de uitkeringen in Caribisch Nederland? Deelt u de mening dat het van belang is dat hierover zo snel mogelijk de benodigde duidelijkheid moet komen, en er alles aan gedaan moet worden om verdere vertraging te voorkomen en de nieuwe streefdatum van 1 juli 2018 niet te overschrijden?

Vraag 4

Op welke manier wordt bij de planvorming en budgettering van het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW) met betrekking tot Caribisch Nederland het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK)betrokken, zodat er sprake is van meer integrale aanpak, in lijn met de motie Diertens c.s. over een regierol voor het Ministerie van BZK?2

Naar boven