Vragen van de leden Sjoerdsma (D66), Ten Broeke (VVD), Voordewind (CU), Ploumen (PvdA), Van Ojik (GroenLinks) en Van Helvert (CDA) aan de Minister van Buitenlandse Zaken over het bericht dat Syrië komende maand voorzitter is van de VN-Conferentie over Ontwapening (ingezonden 30 mei 2018).

Vraag 1

Bent u bekend met het bericht dat Syrië de komende maand voorzitter is van de VN-Conferentie over Ontwapening (UN Conference on Disarmament)?1

Vraag 2

Deelt u de mening dat Syrië niet de morele autoriteit bezit om deze conferentie voor te zitten, gezien de inzet van chemische wapens door het Syrische regime?

Vraag 3

Bent u het ermee eens dat het Syrische voorzitterschap van deze conferentie de geloofwaardigheid van de Verenigde Naties aantast? Op welke wijze kunnen dergelijke discutabele benoemingen voortaan voorkomen worden?

Vraag 4

Klopt het dat het Ministerie van Buitenlandse Zaken mogelijke alternatieve opties onderzoekt of heeft onderzocht? Wat is hier het resultaat van?

Vraag 5

Bent u bekend met het feit dat het Verenigd Koninkrijk, Frankrijk en de Verenigde Staten hun bedenkingen over het Syrische voorzitterschap hebben overgebracht?2

Vraag 6

Bent u bereid de bedenkingen omtrent het Syrische voorzitterschap van deze conferentie over te brengen aan de Secretaris-Generaal van de Verenigde Naties? Zo ja, op welke wijze? Zo nee, waarom niet?

Naar boven