Vragen van de leden Dik-Faber en Segers (ChristenUnie) aan de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport over wooninitiatieven voor kinderen met een beperking (ingezonden 19 april 2018).

Vraag 1

Heeft u kennisgenomen van het bericht van het Sociaal en Cultureel Planbureau (SCP) «Ouderinitiatieven worden gewaardeerd, maar staan onder druk»?1

Vraag 2

Wat is uw reactie op de constatering van het SCP dat ouders van kinderen met een beperking steeds meer moeite ondervinden om kleinschalige wooninitiatieven op te zetten voor hun kinderen, onder meer vanwege het teruglopen van financiering en de inperking van de eigen regie?

Vraag 3

Bent u het met het SCP eens dat gemeenten en zorgkantoren meer duidelijkheid moeten geven over de regelgeving over ouderinitiatieven? Zo ja, bent u bereid om hierover met de relevante partijen in gesprek te gaan en te zorgen dat relevante informatie op een inzichtelijke manier ontsloten wordt?

Vraag 4

Herkent u de constatering dat een landelijk dekkend netwerk voor ondersteuning van ouders ontbreekt en dat er geen gerichte cliëntondersteuning is voor deze specifieke groep? Bent u bereid om in het kader van de verbetering van de cliëntondersteuning (maatregelen uit het regeerakkoord) ook deze specifieke groep aandacht te geven?

Vraag 5

Waarom worden indicaties voor kleinschalige wooninitiatieven voor kinderen met een beperking afgegeven voor slechts een korte periode van één of twee jaar? Deelt u demning dat dit zorgt voor voortdurende onzekerheid bij ouders of de zorg voor hun kind nog wel duurzaam geregeld is? Zo ja, welke mogelijkheden hebben gemeenten om indicaties af te geven voor een langere periode?

Vraag 6

Welke mogelijkheden ziet u om ouders toch een wooninitiatieventoeslag te verstrekken, zodat ouders meer financiële mogelijkheden krijgen voor het gezamenlijk opzetten van een wooninitiatief voor hun kinderen? Bent u bereid om hierover in gesprek te gaan met gemeenten en zorgaanbieders?

Vraag 7

Deelt u de mening dat de aanpak van onrechtmatigheden bij de verstrekking van pgb’s er niet toe mag leiden dat ouders nog meer belemmeringen gaan ondervinden bij het opzetten van kleinschalige wooninitiatieven? Zo ja, hoe wilt u dit gaan voorkomen?

Vraag 8

Bent u bereid om, in navolging van het Ouderenwoonakkoord, ook afspraken te maken met gemeenten, woningcorporaties, zorgkantoren en cliëntenorganisaties over het wegnemen van belemmeringen om te komen tot kleinschalige wooninitiatieven voor kinderen met een beperking?

Naar boven