Vragen van het lid Beckerman (SP) aan de Minister van Economische Zaken en Klimaat over de NAM die uitspraken van de arbiter naast zich neerlegt (ingezonden 11 april 2018).

Vraag 1

Bent u op de hoogte van het feit dat de NAM meer dan eens geen opvolging heeft gegeven aan een uitspraak van de arbiter?

Vraag 2

Wat gaat u doen om te zorgen dat deze gedupeerden hun schade zo snel mogelijk vergoed krijgen, gelet op het gegeven dat er meerdere zaken bekend zijn waarbij de arbiter uitspraak heeft gedaan en de NAM nog altijd niet heeft gezorgd voor een zorgvuldige schadeloosstelling?1

Vraag 3

Bent u bereid het reglement van de arbiter aan te passen om ervoor te zorgen dat ook gevolgschade door de arbiter kan worden toegekend, gelet op de uitspraak van de arbiter van 24 mei 2017 over dossier 16-0207 (Schildwolde) waarbij de gedupeerde twee weken geleden de schadeloosstelling ontvangen heeft, maar achterblijft met een forse schadepost omdat de arbiter geen uitspraak mag doen over gevolgschade?

Vraag 4

Was bij u bekend dat de arbiter aangegeven heeft meermaals een tweede zitting te hebben moeten houden om te zorgen dat de NAM alsnog zorgt voor schadeloosstelling? Wat is uw oordeel hierover? Deelt u de mening dat dit de wachtlijsten bij de arbiter kan verlengen, dat er gezorgd moet worden dat de NAM zich aan uitspraken van de arbiter houdt en dat tweede zittingen niet nodig zouden moeten zijn?

Vraag 5

Was bij u bekend dat ook de onafhankelijk raadsman Groningen het beeld herkent dat de NAM meermaals – ook na uitspraken van de arbiter – niet zorgt voor goede schadeloosstelling, en dat de raadsman in meerdere zaken heeft moeten bemiddelen?

Vraag 6

Herkent u het beeld dat Stut en Steun (het steunpunt voor mensen met mijnbouwschade) heeft dat het aantal zaken toeneemt waarbij de NAM na uitspraak van de arbiter niet zorgt voor een zorgvuldige schadeloosstelling?

Vraag 7

Hoeveel zaken zijn er bij u bekend waarbij gedupeerden door de arbiter in het gelijk zijn gesteld maar nog steeds wachten op uitkering door de NAM?

Vraag 8

Herinnert u zich dat u op 14 maart 2018 schreef: «NAM heeft zich in beginsel verbonden aan uitspraken Arbiter en heeft tot op heden altijd uitvoering gegeven aan diens uitspraken»?2 Deelt u de mening dat deze uitspraak nu niet meer juist is?

Vraag 9

Deelt u de mening dat het ongehoord is dat de NAM zich zo onwelwillend blijft opstellen? Kunt u dit toelichten?

Vraag 10

Hoe gaat u ervoor zorgen dat gedupeerden zo snel mogelijk na uitspraak van de arbiter schadeloos worden gesteld? Bent u bereid op zo kort mogelijke termijn in gesprek te gaan met de NAM om te zorgen dat zij wel altijd adequate opvolging geeft aan uitspraken van de arbiter?

Vraag 11

Deelt u de mening dat de manier waarop de NAM opvolging geeft aan genoemde arbiter uitspraken het vertrouwen in de NAM nog verder doet dalen? Zo ja, waarom? Zo nee, waarom niet?

Vraag 12

Deelt u de mening dat ook mensen met lopende zaken bij de arbiter de mogelijkheid moeten krijgen om de uitvoering van de uitspraak over te laten aan de Tijdelijke commissie mijnbouwschade Groningen?


X Noot
1

Onder andere de uitspraken van de arbiter van 28 juli 2017 over dossier 16-0055 (Groningen stad), van 12 oktober 2017 over dossier 16-192 en 17-0806 (Sappemeer) en van 8 november 2017 over dossier 16-172 (Siddeburen).

X Noot
2

Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2017–2018, nr. 1453

Naar boven