Vragen van de leden Geurts en Van den Berg (beiden CDA) aan de Ministers van Economische Zaken en Klimaat en van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit over het bericht dat cijfers van het CBS ervoor zorgen dat de prijs van uien laag blijft. (ingezonden 13 februari 2018).

Vraag 1

Kent u het artikel «Zeeuwse uienboer woedend op CBS vanwege foutieve uiencijfers»?1

Vraag 2

Klopt het dat Nederland de grootste uienexporteur is ter wereld en dat 80% van de Nederlandse uien worden verwerkt in Zeeland?

Vraag 3

Kunt u beschrijven hoe de schattingen van de oogstraming akkerbouw tot stand komen en met welk doel deze oogstramingen worden opgesteld?

Vraag 4

Kunt u reflecteren op de bewering dat «keer op keer de uienoogst naar beneden wordt bijgesteld» en «dat is funest voor de uienhandel»?

Vraag 5

Kunt u een overzicht geven van de laatste vijf jaar van cijfers van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) ten aanzien van het uienareaal, zoals begroot en gerealiseerd uienareaal en daadwerkelijke uienprijzen?

Vraag 6

Kunt u voorbeelden geven van oogstramingen, ook van bijvoorbeeld aardappelen, die later naar boven zijn bijgesteld? Zo ja, welke en wanneer?

Vraag 7

Kunnen CBS-cijfers over de grootte van de oogst volgens u invloed hebben op de prijszetting en de handel? Zo nee, waarom niet?

Vraag 8

Bent u bereid om te bekijken hoe voorkomen kan worden dat CBS-cijfers invloed hebben op de markt?

Vraag 9

Gezien men sinds 1 juli 2016 bij niet-deelname aan de opgave aan het CBS een boete krijgt, kunt u aangeven hoeveel procent van de akkerbouwers en van de uientelers heeft geparticipeerd in opgaven en hoeveel procent niet over de laatste vijf jaar?

Vraag 10

Kunt u aangegeven hoe is gehandhaafd bij bedrijven die geen opgaven deden aan het CBS en daarbij aangeven hoeveel waarschuwing en boetes zijn gegeven en wat de hoogte was van de boetes?

Naar boven