Vragen van het lid Kuiken (PvdA) aan de Minister van Justitie en Veiligheid over het bericht dat de Amsterdamse politie niet toekomt aan het opsporen van grote drugsbazen (ingezonden 13 februari 2018).

Vraag 1

Kent u het bericht «Amsterdam heeft weinig tijd voor drugsbazen»?1

Vraag 2

Deelt u de mening dat zware drugscriminaliteit een van de belangrijkste achterliggende oorzaken is van andere vormen van zware criminaliteit waaronder liquidaties? Zo nee, waarom niet?

Vraag 3

Deelt u de mening dat het schrikbarend is dat de Amsterdamse politie te weinig toekomt aan het opsporen van grote drugscriminelen? Zo ja, waarom? Zo nee, waarom niet?

Vraag 4

Is het waar dat de Amsterdamse politie voor 60 tot 70 procent met liquidaties bezig is en voor de rest vooral met radicalisering en terrorisme-onderzoeken? Zo nee, wat is er dan niet waar?

Vraag 5

Beschikt de Amsterdamse politie over voldoende capaciteit om alle vormen van zware en georganiseerde criminaliteit op te sporen? Zo ja, waaruit blijkt dat en hoe verhoudt zich dat tot hetgeen de Amsterdamse politiechef hierover meldde? Zo nee, hoe kan dan en wat gaat u daaraan doen?

Vraag 6

Deelt u de mening van de politiechef dat er meer focus moet komen op de bovenkant van de drugshandel? Zo ja, hoe gaat dat gebeuren en wat is uw rol daarin? Zo nee, waarom niet?

Vraag 7

Kunt u bovenstaande vragen beantwoorden voorafgaand aan het algemeen overleg Georganiseerde criminaliteit/ondermijning op 21 februari 2018?

Naar boven