Vragen van het lid Snels (GroenLinks) aan de Staatssecretaris van Financiën en de
Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking over het rapport: Mining
taxes: Rio Tinto’s tax schemes lead to nearly $ 700 million tax revenue losses for
Canada and Mongolia (ingezonden 6 februari 2018).
Vraag 1
Heeft u kennisgenomen van het op woensdag 31 januari 2018 door Stichting Onderzoek
Multinationale Ondernemingen (SOMO) uitgebrachte rapport: «MiningTaxes: Rio Tinto’s
tax schemes lead to nearly $ 700 million tax revenue losses for Canada and Mongolia»1?
Vraag 2
Bent u bekend met de berekening van SOMO dat Turquoise Hill Resources, een dochteronderneming
van mijnbouwgigant Rio Tinto, met behulp van brievenbusondernemingen in Nederland
en Luxemburg 230 miljoen dollar aan Mongoolse belasting en 470 miljoen dollar aan
Canadese belasting heeft ontweken?
Vraag 3
Bent u bekend met het feit dat Mongolië met dit geld de jaarlijkse investeringen in
onderwijs of gezondheidzorg met bijna 75% had kunnen verhogen?
Vraag 4
Momenteel onderhandelt Nederland over de totstandkoming van een nieuw belastingverdrag
met Mongolië, kunt u aangeven wie deze onderhandeling heeft geïnitieerd?
Vraag 5
Bent u op de hoogte van het feit dat Mongolië in 2013 het belastingverdrag met Nederland
heeft opgezegd omdat het verdrag grootschalige belastingontwijking in Mongolië mogelijk
maakte?
Vraag 6
Bent u op de hoogte van het feit dat Mongolië destijds gewaarschuwd is door het Internationaal
Monetair Fonds (IMF) 2 over de schadelijke gevolgen van het belastingverdrag met Nederland, een waarschuwing
die uiteindelijk heeft geleid tot de eenzijdige opzegging van het verdrag?
Vraag 7
Bent u bereid Mongolië, een land dat afhankelijk is van ontwikkelingshulp3, in het nieuwe belastingverdrag meer belastingrechten toe te kennen dan in het eerdere
verdrag, door onder andere geen verlaging van de statutaire bronheffingen na te streven,
ten gunste van duurzame groei en ter bevordering van de zelfredzaamheid van Mongolië?
Vraag 8
Is Nederland bereid in het nieuwe belastingverdrag het United Nations-modelverdrag
voor belastingverdragen als ondergrens te hanteren teneinde te voorkomen dat Mongolië
wederom slachtoffer wordt van belastingontwijking via brievenbusondernemingen gevestigd
in Nederland?
Vraag 9
Bent u bereid in het verdrag met Mongolië anti-misbruik bepalingen te hanteren die
voldoen aan de OESO Base Erosion and Profit Shifting (BEPS) Actie zes?
Vraag 10
Bent u op de hoogte van het feit dat de Nederlandse dochteronderneming van Turquoise
Hill Resources, genaamd Oyu Tolgoi Netherlands BV, met behulp van rentebetalingen
naar de Luxemburgse dochteronderneming Movele Sarl, een centrale rol heeft gespeeld
in het ontwijken van ongeveer 470 miljoen dollar aan belasting in Canada, waarbij
Movele in Luxemburg een gemiddeld effectief belastingtarief van 4,19% genoot, de afgelopen
vijf jaar?
Vraag 11
Is de Nederlandse regering voornemens de geplande bronheffing op rentestromen naar
landen met zeer lage belasting ook toe te passen op rentebetalingen naar EU-lidstaten
en in het bijzonder Luxemburg?
Vraag 12
Heeft u vernomen dat het eigendom van de Oyu Tolgoi mijn in Mongolië indirect in handen
is van de Nederlandse brievenbusmaatschappij Oyu Tolgoi Netherlands BV, een bedrijf
dat geen werknemers in dienst heeft en dat de uiteindelijke eigenaren van het bedrijf,
Turquoise Hill Resources en Rio Tinto, in reactie op het SOMO rapport te kennen geven
dat het Nederlandse bilateraal investeringsverdrag met Mongolië de voornaamste reden
was voor deze structurering?
Vraag 13
Vindt u het wenselijk dat buitenlandse multinationals, brievenbusondernemingen in
Nederland opzetten enkel om aanspraak te maken op voordelen geboden door Nederlandse
investeringsverdragen?
Vraag 14
Bent u bereid het verdragsmisbruik krachtiger aan te pakken dan de afgelopen jaren
is gebeurd?
Vraag 15
Bent u alsnog bereid naar aanleiding van de aangenomen motie Grashoff c.s. (Kamerstukken
II, vergaderjaar 2016–2017, 25 087, nr. 139) de opties 1, 2 en 3 uit de brief van vier november 2016 (Kamerstukken II, vergaderjaar
2016–2017, 25 087, nr. 136) over het aanscherpen van de zogenoemde «substance-eisen» nader uit te werken in
beleidsvoorstellen, teneinde het parlement gedegen te informeren over hoe Nederland
zelf belastingontwijking door brievenbusondernemingen krachtig aan kan pakken?