Vragen van het lid Omtzigt (CDA) aan de Minister van Financien over de vastlegging van afspraken tussen het Ministerie van Financiën en De Nederlandsche Bank (DNB) (ingezonden 25 oktober 2017).

Vraag 1

Herinnert u zich dat ik bij de regeling van werkzaamheden van 28 september 2017 de volgende vraag heb gesteld: «Op één punt zou ik graag opheldering willen hebben van de huidige Minister. Er bestaan geen gespreksverslagen van wat hij heeft afgesproken met de directeur van De Nederlandsche Bank. Juist voor een volgende Minister zou het heel fijn zijn als de afspraken die gemaakt zijn voor beiden helder zijn. Helder is wat anders dan openbaar. Ik snap dat juist die gespreksverslagen vertrouwelijk zijn. Maar ik zou van de huidige Minister een brief willen hebben waarin hij toezegt dat in het overdrachtsdossier de afspraken die de afgelopen maanden en jaren met de president van De Nederlandsche Bank gemaakt zijn, op papier staan en dat beiden het daarover eens zijn. Zo voorkomen we dat er straks iets in bankenland gebeurt en we achteraf allerlei verschillende variaties krijgen.»?

Vraag 2

Herinnert u zich dat ik een aantal keren gerappeleerd heb op deze brief en dat u pas vandaag kwam zonder een helder antwoord op deze kernvraag?

Vraag 3

Herinnert u zich dat de Algemene Rekenkamer op 27 september 2017 schreef: «De Minister van Financiën heeft ook binnen het SSM-systeem een rol bij het uitoefenen van toezicht op DNB. De Minister heeft verschillende mogelijkheden om actief toezicht uit te voeren. In de periode 2011–2016 heeft de Minister het toezicht op DNB beperkt en weinig proactief ingevuld. Op het ministerie zijn geen plannen waarin vastligt hoe het toezicht jaarlijks wordt uitgevoerd. De documenten waarin een beoordeling van de doeltreffendheid en doelmatigheid van de toezichttaak van DNB te verwachten zouden zijn, zoals de vijfjaarlijkse zbo-evaluatie en de bijlage bij het departementaal jaarverslag, geven hierin beperkt inzicht. Ad-hoc gesprekken en reguliere contacten op hoog ambtelijk en bestuurlijk niveau van het Ministerie van Financiën met DNB worden doorgaans niet schriftelijk vastgelegd. Dit maakt de inhoud ervan oncontroleerbaar en kan tot risico’s voor de continuïteit van besluitvorming leiden.»?

Vraag 4

Ziet u dat de Algemene Rekenkamer daarmee zegt dat de afspraken onvoldoende duidelijk en soms niet op papier gezet zijn?

Vraag 5

Kunt u bevestigen dat de afspraken die de afgelopen jaren op bestuurlijk en hoog ambtelijk niveau gemaakt zijn op belangrijke dossiers, zoals toezicht op banken in Nederland en toezicht op banken in Italië en de eurozone, alsnog vastgelegd en geaccordeerd zijn door beide partijen (DNB en Financiën), zodat er geen risico is voor de continuïteit van besluitvorming en bij mogelijke toekomstige crisissituaties?

Vraag 6

Kunt u deze vragen vandaag nog beantwoorden?

Naar boven