Vragen van het lid Jasper vanDijk (SP) aan de Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie over het terugsturen van kinderen naar Afghanistan (ingezonden 31 mei 2017).

Vraag 1

Wat is uw reactie op de oproep van acht kinder- en mensenrechtenorganisaties om direct te stoppen met het uitzetten van kwetsbare groepen, waaronder kinderen, naar Afghanistan?1

Vraag 2

Hoe kan Afghanistan de lijst van landen aanvoeren waar kinderen naar worden uitgezet, terwijl de situatie in Afghanistan aanzienlijk slechter is dan de in de lijst genoemde landen Albanië, Armenië en Nigeria?

Vraag 3

Hoe kan het dat het aantal Afghaanse kinderen dat in Zeist werd gedetineerd in één jaar verdrievoudigd is van tien naar 30 en zij in 2016 de grootste groep vormden, terwijl ze het jaar daarvoor niet in de top drie voorkwamen?

Vraag 4

Hoe kan het dat slechts tien van deze kinderen daadwerkelijk zijn uitgezet? Waarom werden er twintig kinderen zinloos gedetineerd? Hoe lang heeft dit geduurd, waarom is hun uitzetting niet doorgegaan en is aan hen een schadevergoeding uitgekeerd?

Vraag 5

Hoe kan het dat het inwilligingspercentage van Afghaanse vluchtelingen op slechts 34% ligt?

Welke problemen hebben Afghaanse vluchtelingen bij hun aanvraag?

Vraag 6

Waarom acht u het veilig genoeg voor vluchtelingen om terug naar Afghanistan gestuurd te worden, terwijl het reisadvies luidt niet naar Afghanistan te reizen in verband met aanslagen, geweld, agressiviteit, overvallen, ontvoeringen en seksuele misdrijven?

Vraag 7

Wat is uw reactie op het onderzoek van Save the Children dat negen op de tien Afghaanse kinderen jonger dan vijftien jaar te maken kreeg met geweld?

Vraag 8

Deelt u de mening dat het tegenstrijdig is dat in het laatste ambtsbericht van november 2016 wordt gesteld dat Afghanistan onveilig is en dat mensenrechten geschonden worden en dat de Europese Unie niettemin een akkoord met Afghanistan sloot om gedwongen terugname mogelijk te maken en u dit bovendien uitvoert?

Vraag 9

Bent u bereid deze kwestie aan de orde te stellen in Europees verband en te bezien of het Joint Way Forward akkoord kan worden aangepast, bevroren of opgezegd?

Vraag 10

Bent u bereid te onderzoeken hoe het de tien kinderen die afgelopen jaar naar Afghanistan zijn uitgezet, vergaat? Zo nee, waarom niet? Zo ja, wanneer?

Vraag 11

Erkent u dat Hazaras in een moeilijke positie verkeren en zij geen bescherming van de autoriteiten tegen de Taliban en anderen kunnen verwachten? Zo nee, kunt u voorbeelden noemen van Hazaras die succesvol bescherming van de autoriteiten hebben gekregen en waarom wordt dit in asielprocedures dan wel beweerd?

Vraag 12

Waarom is voor Hazaras geen uitzondering gemaakt in het landenbeleid ten aanzien van Afghanistan?

Vraag 13

Bent u bereid het beleid ten aanzien van het terugsturen van minderjarige Hazaras te wijzigen, aangezien zij nog meer dan andere kinderen het risico lopen slachtoffer van kinderrechtenschendingen te worden? Zo nee, waarom niet?

Vraag 14

Welke psychische gevolgen denkt u dat het beleid dat gepaard gaat met langdurige onzekerheid over mogelijke terugkeer naar Afghanistan voor kinderen heeft?2 Vindt u deze gevolgen te rechtvaardigen, wanneer daarbij in aanmerking wordt genomen dat deze kinderen in Nederland integreren en inmiddels goed Nederlands spreken?


X Noot
1

«Stop uitzetting jonge kinderen naar gevaarlijk Afghanistan» AD, 24 april 2017. http://www.ad.nl/binnenland/stop-uitzetting-jonge-kinderen-naar-gevaarlijk-afghanistan~a629c7e1/

X Noot
2

«Kosar (12) hoopt dat ze mag blijven» Jeugdjournaal, 22 mei 2017. http://jeugdjournaal.nl/artikel/2174468-kosar-12-hoopt-dat-ze-in-nederland-mag-blijven.html?ext=html

Naar boven