Vragen van de leden Kuzu en Azarkan (beiden DENK) aan de Ministers van Veiligheid en Justitie en van Sociale Zaken en Werkgelegenheid over de rellen in Rotterdam van 7 mei 2017 (ingezonden 11 mei 2017).

Vraag 1

Bent u bekend met het bericht «ME veegt supporters Feyenoord van Stadhuisplein na nederlaag»?1

Vraag 2

Deelt u de mening dat de relschoppers zich hebben misdragen en dat dit gedrag alle perken te buiten gaat?

Vraag 3

Hoe staat het met de opsporing en de vervolging van de relschoppers?

Vraag 4

Kunt u een uitgebreid feitenrelaas geven betreffende de gebeurtenissen in Rotterdam op 7 mei 2017 en kunt u deze de Kamer doen toekomen? Zo nee, waarom niet?

Vraag 5

Hoe interpreteert u de volgende uitspraak van de burgemeester Ahmed Aboutaleb: «We moeten de gebeurtenissen niet overdrijven?»2

Vraag 6

Is het handhavingsbeleid van de burgemeester van Rotterdam met betrekking tot de relschoppers van 7 mei in lijn met zijn beleid bij vergelijkbare demonstraties, zoals de rellen bij het Turkse consulaat in Rotterdam en de rellen betreffende anti-Piet betogers in Rotterdam?3 4 Zo ja, waaruit blijkt dat? Zo nee, getuigt dit van willekeur?

Vraag 7

Vindt u dat hier sprake is van een dubbele maat? Zo ja, hoe wilt u deze ongelijkheid rechtzetten? Zo nee, waarom niet?

Vraag 8

Wat zeggen de rellen van 7 mei 2017 over de mate van integratie van de relschoppers? Staan onze waarden onder druk?

Vraag 9

Staat u achter de keuzes van de burgemeester van Rotterdam op 7 mei 2017? Zo ja, waarom? Zo nee, welke conclusies trekt u hieruit?

Naar boven