Vragen van de leden Leijten en Van Nispen (beiden SP) aan de Ministers van Financiën en van Veiligheid en Justitie over het achterblijven van het bestrijden van witwassen (ingezonden 6 april 2017).

Vraag 1

Wat is uw reactie op het bericht dat Nederland internationaal gezien achter blijft als het gaat om de bestrijding van witwasrisico’s?1 Wat zijn hier de oorzaken van?

Vraag 2

Kunt u puntsgewijs reageren op de conclusies van de organisatie Transparency International en aangeven hoe Nederland hiermee aan de slag gaat of mee aan de slag is? Kunt u daarbij ook aangeven op welke manier daar invulling aan wordt of zal worden gegeven?

Vraag 3

Wat is uw reactie op de uitspraak van één van opstellers van het rapport, de heer Streiff, namelijk dat financieel dienstverleners in Nederland klantonderzoek nog onvoldoende serieus nemen? Wat zijn daar de redenen van?

Vraag 4

Zal er onderzoek worden gedaan naar de misstanden bij ING om te achterhalen hoe dit heeft kunnen gebeuren en wat nodig is om dergelijke situaties te voorkomen? Zo nee, waarom niet?

Vraag 5

Welke trends vallen waar te nemen wanneer het gaat om transacties met door corruptie verkregen gelden en/of witwassen? Is het aantal situaties de afgelopen jaren toe- of afgenomen?

Vraag 6

Deelt u de mening van hoogleraar Koelewijn dat het lastig is voor financiële instellingen om goed onderzoek te doen? Zo ja, hoe komt dat en wat gaat u daaraan doen? Zo nee, waarom niet?

Vraag 7

Welke effecten zijn waar te nemen na maatregelen die genomen zijn naar aanleiding van de Panama Papers en intrekken van vergunningen van trustkantoren?

Vraag 8

Wat is uw opvatting over de suggestie om het vrije verkeer van kapitaal al dan niet tijdelijk aan banden te leggen wanneer er sprake is van door corruptie verkregen geld en/of witwassen? Kunt u uw antwoord toelichten?

Vraag 9

Is het wettelijk verboden voor financiële instellingen om hun medewerking te verlenen aan transacties waarbij hoogstwaarschijnlijk sprake is van corruptie en/of witwassen? Zo nee, waarom niet?

Vraag 10

Op welke manier zal volgens u het ultimate beneficial owners (UBO)-register bijdragen aan het wegnemen van witwasrisico’s?

Vraag 11

Welke rol ziet u weggelegd voor een centraal aandeelhoudersregister zoals beschreven in de initiatiefnota «Het centraal aandeelhoudersregister in de strijd tegen witwassen»?2

Vraag 12

Kunt u een laatste stand van zaken geven van de uitvoering van de aanbevelingen van de Algemene Rekenkamer in het rapport «Bestrijden witwassen: stand van zaken 2013», waaruit toen al is gebleken dat er geen zicht was op de risico’s en de resultaten? Welke successen zijn daarna geboekt? Welke knelpunten worden nog ervaren en wat wordt daaraan gedaan?3

Toelichting:

Deze vragen dienen ter aanvulling op eerdere vragen terzake van het lid Nijboer (PvdA), ingezonden 5 april 2017 (vraagnummer 2017Z04519).

Naar boven