Vragen van de leden Cegerek en Van Dekken (beiden PvdA) aan de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport en de Staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu over het bericht «Hoe de lobby het rubber in het gras hield» (ingezonden 8 februari 2017).

Vraag 1

Kent u de berichten «Alternatief voor korrels in kunstgras was voor handen» en «Hoe de lobby het rubber in het gras hield»?1

Vraag 2

Is het waar dat Nederland aanvankelijk – voor oktober 2015 – voorstander was van het aanmerken van rubbergranulaat als artikel en niet langer als mengsel? Zo ja, waarom is deze inzet later gewijzigd?

Vraag 3

Wat is de invloed geweest van de lobby van de banden- en recyclingbranche op het uiteindelijk door Nederland ingenomen standpunt?

Vraag 4

Herkent u zich in de beschrijving dat Nederland uiteindelijk een «pragmatische oplossing» heeft gezocht?

Vraag 5

Is het waar dat meerdere bedrijven reeds in staat zijn kunstgrasvelden aan te leggen die geen gebruik maken van rubbergranulaat? Hoe beoordeelt u de communicatie van het Ministerie van VWS en het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM) richting deze partijen gedurende 2015?


X Noot
1

Volkskrant 7 februari 2017, p. 2 en pp. 14–15

Naar boven