Vragen van het lid Grashoff (GroenLinks) aan de Minister van Financiën over het omzeilen van bonuswetgeving (ingezonden 27 januari 2017).

Vraag 1

Bent u bekend met de berichten «Dijsselbloem: «Geen bonusplafond voor Londense importbanken»»1 en «Financiële instanties uit Londen praten met Amsterdam over verhuizing»?2

Vraag 2

Wat is voor u de reden om Londense banken die niet in Nederland actief zouden worden, in Amsterdam te willen vestigen? Wat is het toegevoegde nut van dergelijke ondernemingen?

Vraag 3

Geldt het bonusplafond voor alle in Nederland actieve financiële ondernemingen?

Vraag 4

Wanneer is volgens u en volgens de wet een onderneming actief in Nederland?

Vraag 5

Vindt u dat alle in Nederland gevestigde financiële ondernemingen onder dezelfde bonusregels moeten vallen? Zo nee, waarom niet?

Vraag 6

Ontstaat er met de verschillende regels voor bijna gelijke ondernemingen niet het risico dat topmensen weggaan doordat zij een hogere bonus kunnen krijgen bij een financiële onderneming die onder de bonuswet uit weet te komen?

Vraag 7

Zijn er volgens u wenselijke effecten van het belonen via forse bonussen in de financiële sector? Bent u het eens met de stelling dat bonussen pervers gedrag in de financiële sector kunnen veroorzaken of verergeren?

Vraag 8

Op welke wijze werkt u samen met wethouder Ollongren om financiële ondernemingen naar Amsterdam te halen? Werkt u, al dan niet samen met wethouder Ollongren, aan aanpassingen van de wet om dit eenvoudiger te maken?

Vraag 9

De toelichting op de bonuswet (Wet beloningsbeleid financiële ondernemingen) begint met de zinsnede «Het kabinet streeft naar een duurzame en aan de burger dienstbare financiële sector waarin geen excessen voorkomen»; staat u nog steeds achter deze zinsnede? Hoe geeft u dit streven vorm?

Vraag 10

Ziet u het actief adverteren met gaten in uw eigen bonuswet als handelen naar de geest van deze wet?

Vraag 11

Rondom het behandelen van de wet hebt u gezegd: «Als de sector mijn vertrouwen beschaamt en er misbruik van maakt, dan haal ik de uitzonderingen natuurlijk weer uit de wet»3; deelt u de mening dat uw uitspraken in het bericht van RTL Z dit misbruik juist aanmoedigen? Zo nee, waarom niet?

Vraag 12

Bent u het eens met de stelling dat de uitzonderingen vooral gericht waren op het uitzonderen van reeds bestaande gevallen, bijvoorbeeld grote verzekeraars die voornamelijk in het buitenland actief waren, maar hun hoofdvestiging in Nederland hadden en dat de uitzonderingen niet bedoeld waren voor het aantrekken van nieuwe uitzonderlijke gevallen?

Vraag 13

Bent u bereid de bonuswetgeving aan te passen om deze lekken te dichten?

Naar boven