Vragen van de leden Leijten en Van Gerven (beiden SP) aan de Minister van Volksgezondheid,
Welzijn en Sport (VWS) over het bericht dat zorgverzekeraars steeds vaker op de stoel
van de arts gaan zitten (ingezonden 20 december 2016).
Vraag 1
Wat is uw reactie op het bericht dat revalidatiespecialist OCA via de rechter af moet
dwingen dat zorgverzekeraars CZ en Zorg en Zekerheid zich niet meer bemoeien met het
oordeel van de specialist?1
Vraag 2
Vindt u het wenselijk dat revalidatiecentra maandenlang moeten motiveren waarom iemand
recht heeft op revalidatie? Zou een doorverwijzing van de medisch specialist niet
voldoende moeten zijn?
Vraag 3
Erkent u dat het schadelijk is om niet direct met revalidatie te kunnen starten voor
het herstel van mensen na bijvoorbeeld een ongeluk of een hersenbloeding? Kunt u uw
antwoord toelichten?
Vraag 4
Bent u van mening dat de medisch adviseur van de zorgverzekeraar beter de zorginhoudelijke
afweging kan maken of iemand een revalidatietraject moet ondergaan dan de medisch
specialist? Kunt u uw antwoord nader toelichten?
Vraag 5
Op basis waarvan oordeelt de medisch adviseur van de zorgverzekeraars, dat de verwijzing
van de medisch specialist onterecht is? Zijn deze adviseurs die vaak helemaal geen
expertise hebben op dit gebied, daar überhaupt toe bevoegd?
Vraag 6
Wat vindt u ervan dat de zorgverzekeraars op deze manier op de stoel van de arts gaan
zitten en ervoor zorgen dat mensen ondanks een verwijzing van de medisch specialist
maandenlang moeten wachten op een behandeling of deze zelfs helemaal niet krijgen?
Vraag 7
Wat vindt u ervan dat zorgverzekeraars revalidatiecentra onder druk zetten allerlei
vertrouwelijke informatie uit het medisch dossier aan te leveren als onderdeel van
de motivatie waarom een patiënt recht heeft op revalidatie?
Vraag 8
Bent u van mening dat een verwijzing van een medisch specialist het recht op zorg
aantoont? Kunt u uw antwoord toelichten?
Vraag 9
Bent u voorts van mening dat zorgverzekeraars die mensen met een verwijzing de zorg
waar zij recht op hebben, onthouden of frustreren, voldoen aan hun zorgplicht? Kunt
u uw antwoord toelichten?
Vraag 10
Is het niet in strijd met de Zorgverzekeringswet dat de ene zorgverzekeraar revalidatietrajecten
wel vergoedt vanuit de basisverzekering en de andere niet? Wat vindt u van de willekeur
die zo ontstaat?
Vraag 11
Erkent u dat het voor een zorgverzekeraar lucratief kan zijn de groep verzekerden
die gebruik maakt van revalidatiezorg, van zich af te stoten? Erkent u voorts dat
het frustreren of ontzeggen van revalidatiezorg een zoveelste manier van risicoselectie
kan zijn?
Vraag 12
Wat vindt u ervan dat zorgaanbieders via de rechter af moeten dwingen dat zorgverzekeraars
hun zorgplicht nakomen? Is dit niet de rol van de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa)?
Vraag 13
Onderschrijft u hetgeen de Nederlandse Vereniging van Revalidatieartsen stelt, namelijk
dat veel meer revalidatiecentra zoals OCA tegen dit probleem aanlopen? Kunt u uw antwoord
toelichten?
Vraag 14
Klopt het dat bij gecontracteerde revalidatiecentra een verwijzing van de specialist
volstaat en dat dit probleem zich uitsluitend voordoet bij revalidatiecentra die geen
contract hebben met de betreffende zorgverzekeraar?
Vraag 15
Is het derhalve juist om te concluderen dat zorgverzekeraars aanvragen niet afwijzen
op zorginhoudelijke gronden maar uitsluitend om revalidatiecentra te dwingen een contract
met hen af te sluiten?
Vraag 16
Bent u bereid om de zorgverzekeraars aan te spreken op hun gedrag en de Nederlandse
Zorgautoriteit alsnog handhavend op te laten treden in het kader van het naleven van
de zorgplicht? Kunt u uw antwoord toelichten?
X Noot
1AD, «Zorgverzekeraars steeds vaker op stoel arts», d.d. 15 december 2016