Vragen van de leden Voordewind (ChristenUnie) en Van der Staaij (SGP) aan de Minister van Buitenlandse Zaken over het bericht dat de Amerikaanse staat New York Nederlandse bedrijven op een zwarte lijst heeft gezet omdat zij Israël zouden boycotten en het bericht over het standpunt van de Duitse regeringspartij CDU over het boycotten van Israël (ingezonden 9 december 2016).

Vraag 1

Bent u op de hoogte van het bericht dat de Amerikaanse staat New York vier Nederlandse bedrijven op een zwarte lijst heeft gezet omdat zij Israël zouden boycotten?1

Vraag 2

Heeft u contact hierover gehad met de gouverneur van de staat New York? Zo nee, gaat u dat doen om te achterhalen waarom deze bedrijven op de zwarte lijst precies staan? Gaat u hoe dan ook achterhalen waarom deze bedrijven op deze zwarte lijst staan?

Vraag 3

Wat vindt u ervan dat deze Nederlandse bedrijven op de zwarte lijst zijn geplaatst?

Vraag 4

Deelt u de mening dat Nederlandse bedrijven samenwerking met Israël niet zouden moeten boycotten aangezien het Nederlandse beleid tegen een boycot van Israël gekant is en economische samenwerking met Israël stimuleert?

Vraag 5

Klopt de bewering in het bericht dat uw ministerie zelf het bedrijf Haskoning heeft geadviseerd haar betrokkenheid bij de bouw van een afvalwaterzuiveringsproject te staken omdat het project op de Westelijke Jordaanoever gelegen zou zijn? Zo ja, hoe verhoudt zich tot uw eigen beleid om Israël niet te boycotten?

Vraag 6

Gaat u deze Nederlandse bedrijven erop aanspreken Israël niet langer te boycotten, ook niet als het gaat om samenwerking met Israëlische bedrijven die activiteiten hebben op de Westelijke Jordaanoever, wanneer het samenwerkingsproject daar niets mee te maken heeft?

Vraag 7

Bent u op de hoogte van het bericht op «The Allgemeiner» over het standpunt van de Duitse regeringspartij CDU ten aanzien van de Boycot, Desinvesteringen en Sancties (BDS)-campagne?2

Vraag 8

Bent u het eens met het standpunt van de CDU dat de BDS-beweging anti-Joods is?

Toelichting:

Deze vragen dienen ter aanvulling op eerdere vragen terzake van het lid Van Bommel (SP), ingezonden 9 december 2016 (vraagnummer 2016Z23611).

Naar boven