Vragen van het lid Van Veldhoven (D66) aan de Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking over de Egyptische ngo-wet en civic space (ingezonden 29 november 2016).

Vraag 1

Bent u bekend met de op 14 en 15 november door het Egyptische parlement besproken ngo-wet met vergaande beperkingen voor ngo’s?1

Vraag 2

Wat vindt u van de opvatting van VN-expert Kiai, betrokken bij de Office of the High Commissioner for Human Rights (OHCHR), dat aanname van het wetsvoorstel «would devastate the country’s civil society for generations to come and turn it into a government puppet»?

Vraag 3

Kloppen de volgende aannames over wat Egyptische ngo’s niet meer zonder voorafgaande ministeriële toestemming aan activiteiten mogen ontplooien, mocht het wetsvoorstel tot wet verworden:

  • samenwerken met buitenlandse organisaties;

  • buitenlandse werknemers in dienst nemen of gebruik maken van buitenlandse experts of vrijwilligers;

  • het accepteren van donaties en subsidies uit het buitenland, met mogelijke ontbinding door de rechter tot gevolg mochten zij dit wel doen;

  • het uitgeven van binnenlandse donaties;

  • het verrichten van politiek activiteiten of alles wat de nationale veiligheid, openbare orde, publieke moraal of publieke gezondheid zou kunnen schaden;

het publiceren van onderzoeken en rapporten?

Zo nee, welke inhoud kent de wet wel? Zo ja, wat gaat u doen om betrokken ngo’s te helpen hun werk ondanks deze beperkingen voort te kunnen zetten?

Vraag 4

Zijn er Nederlandse ngo’s die mogelijk gevolgen gaan ondervinden van de voorgenomen bepalingen over buitenlandse ngo’s, zowel ten aanzien van de licentiekosten als het niet in lijn zijn van hun activiteiten met wat is toegestaan onder de wet? Op welke wijze wilt u dat ondervangen?

Vraag 5

Op welke wijze gaat u individuele personen ondersteunen die ten gevolge van deze wet tot gevangenisstraf veroordeeld worden?

Vraag 6

Heeft u contact gehad met de Egyptische regering en/of president over dit wetsvoorstel? Zo ja, wat is er toen besproken? Zo nee, wanneer bent u voornemens dit alsnog te doen?

Vraag 7

Hoe beoordeelt u deze wet in het licht van andere beperkingen op de ruimte voor maatschappelijke organisaties en mensenrechtenactivisten om hun werkzaamheden in vrijheid te verrichten, zoals reisverboden voor mensenrechtenactivisten en het bevriezen van zowel persoonlijke als organisatietegoeden?2

Vraag 8

Wat is uw inzet ten aanzien van het verankeren van maatschappelijke ruimte (civic space), onder andere voor mensenrechten- en taboedoorbrekende organisaties, in het kader van de EU-Egypt Partnership Principles waar momenteel onderhandelingen over plaatsvinden? Waaruit blijkt dat, en wat is het tijdspad van de onderhandelingen?

Naar boven