Vragen van de leden Nijboer en Cegerek (beiden PvdA) aan de Staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu en de Minister van Financiën over het bericht «Drie Chinezen blijven over in strijd om Attero» (ingezonden 23 november 2016).

Vraag 1

Kent u het artikel «Drie Chinezen blijven over in strijd om Attero»?1

Vraag 2

Welke regels gelden er omtrent overnames in de afvalverwerkingssector? Welke toezichthouder is bevoegd bij overnames in de afvalverwerkingssector?

Vraag 3

Is er een vergunning vereist voor de overname? Zo ja, welke criteria gelden er voor de toekenning van een vergunning? Welke eisen worden gesteld aan toekomstige bestuurders?

Vraag 4

Welke eisen gelden er ten aanzien van nieuwe aandeelhouders, bijvoorbeeld op het gebied van integriteit, milieubeleid en arbeidsomstandigheden?

Vraag 5

Welke verplichtingen heeft Attero met betrekking tot het in de toekomst schoonmaken van vervuilde grond? Moet Attero hiertoe financiële buffers aanhouden? Zijn hierover afspraken gemaakt bij de verkoop van Attero aan Waterland in 2013? Zo ja, in hoeverre is Attero deze afspraken nagekomen? Klopt het dat een buffer die hiertoe werd aangehouden tegen de afspraken in als dividend is uitgekeerd aan aandeelhouder Waterland? Klopt het dat hiermee de milieurisico’s voor de samenleving groter zijn geworden, met een mooie opbrengst voor de aandeelhouder?

Welke regels gelden er bij overnames in de afvalverwerkingssector ten aanzien van de bescherming van het publiek belang, bijvoorbeeld op het gebied van bodem- en luchtverontreiniging? Hoe wordt geborgd dat Attero ook onder de nieuwe aandeelhouder haar verplichtingen op milieugebied nakomt en daar ook op lange termijn toe in staat is? Hoe kan worden gezorgd dat een nieuwe aandeelhouder het bedrijf niet zodanig leegtrekt dat het bedrijf niet meer kan voldoen aan zijn verantwoordelijkheden op milieugebied? Met andere woorden, hoe wordt gezorgd dat het bedrijf opdraait voor de kosten van milieuschade en niet uiteindelijk de overheid, ook als die milieuschade zich over tientallen jaren voordoet?

Vraag 6

Klopt het dat Attero door een groep decentrale overheden in 2013 voor een bedrag van EUR 450 miljoen is verkocht aan Waterland en geschoond voor schulden en voorzieningen voor EUR 170 miljoen? Hoeveel dividend heeft Attero sindsdien uitgekeerd? Klopt het genoemde bedrag van EUR 180 miljoen? Deelt u de mening dat dit een ongekend hoog dividend is in verhouding tot de verkoopprijs? Is het bedrijf niet domweg te goedkoop verkocht?

Vraag 7

Hoeveel mensen werkten er in 2012 bij Attero en hoeveel mensen werken er nu bij Attero?

Vraag 8

Hoe kan het, in het licht van het bericht dat Attero nu zou worden verkocht voor een prijs tussen EUR 700 miljoen en EUR 1 miljard, dat Attero in drie jaar tijd zoveel meer waard is geworden? Acht u een dergelijke gigantische waardestijging mogelijk? Welke reële waarde is er de afgelopen jaren aan het bedrijf toegevoegd? Staat dat hiermee in verhouding of is de mogelijke waardestijging het gevolg van financieel en fiscaal trapezewerk?

Vraag 9

In hoeverre keek de landelijke overheid mee bij de transactie in 2013, tegen de achtergrond van het feit dat de verkopende decentrale overheden nu onderzoek doen naar de transactie in 2013? Deelt u de mening dat de verwachte verkoopprijs nu zo hoog is dat het zeer waarschijnlijk is dat Attero in 2013 meer waard was dan Waterland er destijds voor heeft betaald? Hoe is in 2013 de verkoopprijs tot stand gekomen? Waren daar externe taxateurs of accountants bij betrokken?

Vraag 10

Mocht uit onderzoek blijken dat de verkoopprijs in 2013 te laag was, welke mogelijkheden hebben de betrokken decentrale overheden dan om alsnog een redelijke vergoeding te krijgen voor de aandelen in Attero?

Vraag 11

Krijgt u ook het gevoel dat de samenleving is bekocht en dat private equity-huis Waterland er met de winst vandoor gaat? Wat zijn de gevolgen voor de medewerkers en de werkgelegenheid op lange termijn? Welke maatregelen gaat u treffen in aanvulling op de maatregelen die zijn getroffen naar aanleiding van de initiatiefnota private equity van de leden Groot en Nijboer om dit soort gedrag te voorkomen?2


X Noot
1

Financieele Dagblad, 21 november 2016

X Noot
2

Kamerstuk 34 267.

Naar boven