Vragen van het lid Volp (PvdA) aan de Minister van Veiligheid en Justitie over signalen over misstanden in de illegale prostitutie (ingezonden 9 september 2016).

Vraag 1

Kent u het bericht «Honderden sekswerkers illegaal actief in Gelderland en Overijssel»?1

Vraag 2

Kent u het rapport van het Prostitutie Controle Team (PCT) van de politie over prostitutie in Oost-Nederland? Zo ja, kunt u dit ter informatie aan de Tweede Kamer doen toekomen?

Vraag 3

Is het waar dat er dagelijks 1.000 mensen in de regio Oost-Nederland betaalde seks aanbieden zonder dat zij daarvoor een vergunning hebben? Zo ja, wat is volgens u de oorzaak en deelt u de mening dat dit een schrikbarend hoog aantal is? Zo nee, waarom is dit niet waar?

Vraag 4

Deelt u de mening dat om misstanden in de prostitutie te voorkomen het hebben van een vergunning en het controleren daarop van groot belang zijn? Zo ja, waarom en hoe vindt deze controle plaats? Zo nee, waarom niet?

Vraag 5

Deelt u de mening van de genoemde expert mensenhandel dat «het zo klaar als een klontje [is] dat de markt zich verplaatst naar het illegale circuit»? Zo ja, acht ook u dit zeer zorgelijk en wat gaat u doen om deze tendens te keren? Zo nee, waarom deelt u die mening niet?

Vraag 6

Is het controleren op illegale prostitutie door Prostitutie Controle Teams landelijk ingevoerd? Hoeveel van deze teams bestaan er en in welke regio’s? Wat zijn de uitkomsten van de onderzoeken van deze teams?

Vraag 7

In hoeverre kan de Wet regulering prostitutie en bestrijding misstanden seksbranche (WRP) vanaf het moment dat die in werking is getreden bijdragen aan het verminderen van illegale prostitutie en genoemde misstanden?

Toelichting:

Deze vragen dienen ter aanvulling op eerdere vragen terzake van het lid Segers (SGP), ingezonden 8 september 2016 (vraagnummer 2016Z16176).

Naar boven