Vragen van de leden Leenders en Jacobi (beiden PvdA) aan de Staatssecretaris van Economische Zaken over de bescherming van broedvogels in het waddengebied (ingezonden 13 mei 2016).

Vraag 1

Heeft u kennisgenomen van het bericht «Waddenlanden moeten broedvogels redden»?1

Vraag 2

Stroken de beweringen van het Gemeenschappelijk secretariaat van de Waddenzee met uw cijfers over de stand van de broedvogels in de Waddenzee?

Vraag 3

Deelt u de mening dat intensievere samenwerking nodig is tussen de drie waddenlanden om de broedvogel te beschermen tegen uitsterving? Zo nee, waarom niet? Zo ja, hoe ziet u de invulling van deze samenwerking voor zich?

Vraag 4

Welke directe rol ziet u weggelegd voor Nederland inzake het in stand houden van de broedvogel in het gehele Waddenzeegebied?

Vraag 5

Ziet u reden om het huidige beleid ten aanzien van de bescherming van broedplaatsen van deze vogels te herzien? Zo nee, waarom niet? Zo ja, op welke manier en binnen welk tijdskader zal dit zijn?

Vraag 6

Bent u bereid in gesprek te gaan met de terreinbeheerders van de broedplaatsen om zodoende betere broedomstandigheden te creëren voor deze vogels?

Vraag 7

Uit het artikel blijkt dat in Nederland meer partijen bij het beheer en de bescherming van het Waddengebied betrokken zijn; herkent u zich in dit gegeven? In hoeverre hindert dit een effectief beleid ten behoeve van de bescherming van broedvogels in Nederland?

Naar boven