Vragen van het lid Bashir (SP) aan de Staatssecretaris van Financiën over de uitvoering van de motie over belasten van het werkelijk rendement op vermogen (ingezonden 18 april 2016).

Vraag 1

Wat hebt u tot nu toe gedaan om de motie over het belasten van het werkelijk rendement op vermogen uit te voeren?1

Vraag 2

Is het onderwerp van de motie afgestemd binnen het kabinet? Zo ja, met welke bewindspersonen?

Vraag 3

Hoeveel fte is belast met het onderzoek naar het belasten van het werkelijke rendement uit sparen en beleggen?

Vraag 4

Waartoe heeft dit onderzoek tot nu toe geleid?

Vraag 5

Bent u bereid om een voortgangsrapportage aan de Kamer te sturen? Zo nee, waarom niet? Kunt u de laatste stand van zaken uiteenzetten van het genoemde onderzoek?

Vraag 6

Kunt u uitleggen wat u bedoelt met de opmerking dat «nieuwe wetgeving op dit terrein zal ingepast dienen te worden binnen de uitgangspunten van de Investeringsagenda van de Belastingdienst, waartoe ook een verdere ontwikkeling van de Vooraf Ingevulde Aangifte (VIA) behoort»? Betekent dit dat u niet met wetgeving zal komen indien de vermogenswinst of -aanwas niet in de VIA kan worden meegenomen?

Vraag 7

Waaraan moet wetgeving precies voldoen om ingepast te kunnen worden binnen de uitgangspunten van de Investeringsagenda van de Belastingdienst?

Vraag 8

Kunt u aangeven tegen welke eventuele beperkingen u aanloopt bij de ketenpartners?

Vraag 9

Welke ketenpartners zijn relevant voor uitvoering van een vermogenswinst of -aanwasbelasting? Denken de ketenpartners de beperkingen op termijn te kunnen wegnemen? Zo ja, binnen welke termijn?

Vraag 10

Kunt u uitleggen waardoor Duitse financiële instellingen in staat zijn de juiste administratie bij te houden en zelfs de heffing uit te voeren, maar de financiële instellingen in Nederland daartoe (nog) niet in staat zijn?

Vraag 11

Welke aspecten zullen volgens u voorlopig forfaitair blijven, wanneer een heffing op werkelijke rendementen wordt ingevoerd?

Vraag 12

Bent u bereid deze vragen te beantwoorden vóór het plenaire debat over het ECB-beleid?

Vraag 13

Bent u bereid om deze vragen afzonderlijk te beantwoorden, zonder deze te bundelen?


X Noot
1

Kamerstuk 34 302, nr. 57

Naar boven