Vragen van het lid De Roon (PVV) aan de Minister van Buitenlandse Zaken over Turkse kritiek op aanwezigheid van Nederlandse diplomaat bij strafproces tegen journalisten (ingezonden 30 maart 2016).

Vraag 1

Bent u er van op de hoogte dat de Turkse president Erdogan en de Turkse premier Davutoglu ernstige bezwaren hebben geuit tegen de aanwezigheid van (o.a.) een Nederlandse diplomaat bij een strafproces tegen journalisten wegens hun berichtgeving over geheime Turkse wapenleveranties aan islamitische strijdgroepen in Syrië?1 2

Vraag 2

Hoe oordeelt u over het standpunt van deze Turkse leiders, dat aanwezigheid van diplomaten bij dat proces een inbreuk maakt op de onafhankelijkheid van de rechterlijke macht en de transparantie van het proces aantast en «niet professioneel gedrag» inhoudt?

Vraag 3

Deelt u de mening dat waarneming van openbare strafprocessen door diplomaten in gevoelige zaken juist bijdraagt aan transparantie? Zo neen, waarom niet?

Vraag 4

Gaat u de Turkse ambassadeur hierover op het matje roepen om duidelijk te maken dat Nederland gewoon zal doorgaan met het afvaardigen van diplomaten naar strafprocessen waar de vrijheid van meningsuiting in het gedrang dreigt te komen? Zo neen, waarom niet?

Naar boven