Vragen van het lid Koşer Kaya (D66) aan de Staatssecretaris van Economische Zaken over het geringe broedsucces van broedvogels in het Waddengebied (ingezonden 11 maart 2016).

Vraag 1

Bent u bekend met het bericht «Broedvogels in Waddengebied hebben het moeilijk»?1

Vraag 2

Welke conclusies trekt u uit het rapport «Broedsucces van kustbroedvogels in de Waddenzee in 2011–2013» van Sovon Vogelonderzoek Nederland en IMARES?2

Vraag 3

Waarom blijft het broedsucces van kustbroedvogels ook nu nog gering, indien overbevissing in de jaren negentig en niet de huidige visserij een voorname oorzaak is van de beperkte reproductie van de gevolgde vogelsoorten? Wat zegt dit volgens u over de huidige mate van visserij?

Vraag 4

In welke mate is een vroegtijdig waarschuwingssysteem vroegtijdig indien als huidige oorzaak voor het beperkte broedsucces in de jaren 2011–2013 de overbevissing in de jaren negentig aangegeven wordt?3 Is het niet een kenmerk van een dergelijk systeem dat het de gelegenheid biedt beleid tijdig bij te sturen om de effecten te mitigeren? Zo ja, op welke wijze biedt deze waarschuwing de gelegenheid dit te doen?

Vraag 5

Welke concrete stappen en/of maatregelen zijn er al genomen en zou u kunnen nemen om het broedsucces van de broedvogels in het Waddengebied te verhogen?

Vraag 6

Wat voor stappen gaat u nemen om de overige oorzaken van het geringe broedsucces te achterhalen, aangezien het niet voor alle soorten kustbroedvogels aan de Waddenzee duidelijk is wat de oorzaak hiervoor is?


X Noot
2

«Broedsucces van kustbroedvogels in de Waddenzee in 2011–2013», Sovon Vogelonderzoek Nederland en IMARES Wageningen UR (Wageningen, december 2015).

Naar boven