Vragen van het lid Van Raak (SP) aan de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties over het besluit van de gemeente Zutphen om geld voor het referendum aan andere dingen uit te geven (ingezonden 8 maart 2016).

Vraag 1

Wist u dat de gemeente Zutphen in november 2015 heeft besloten niet het volledige bedrag voor het organiseren van het referendum te besteden aan dat referendum? Waar wordt dit geld dan wel aan besteed?1

Vraag 2

Handelt de gemeente Zutphen in strijd met de regels? Zo ja, hoe gaat u deze gemeente tot de orde roepen?

Vraag 3

Wat vindt u in dit verband van de opvatting van de gemeente Zutphen dat er minder stembureaus moeten komen, omdat de gemeente niet genoeg geld zou hebben?

Vraag 4

Is het waar dat u in januari 2016 het budget voor gemeenten voor het referendum hebt verhoogd van € 20 mln. naar € 30 mln., en dus ook de gemeente Zutphen, na het besluit van november 2015, veel meer geld heeft gekregen? Waar gaat de gemeente dit geld aan besteden?

Vraag 5

Bent u bereid de Kamer snel een overzicht te sturen van alle gemeenten die geld voor het referendum niet aan het referendum uitgeven, om welke bedragen dit gaat en waar dit geld dan wel aan wordt uitgegeven?


X Noot
1

Uit het collegebesluit van het college van burgemeester en wethouders van Zutphen van 17 november 2015:

«Ten behoeve van de organisatie van het raadgevend referendum op 6 april 2016 keert het rijk in totaal € 20.000.000,– extra uit aan de gemeenten in Nederland. Voor de gemeente Zutphen betekent dit dat een eenmalig bedrag van ongeveer € 54.000,– uitgekeerd wordt. Dit bedrag wordt via het gemeentefonds beschikbaar gesteld. Voor het raadgevend referendum in 2016 wordt gebruik gemaakt van € 49.000,– van deze eenmalige uitkering van het rijk.»

Naar boven