Vragen van het lid Van Veldhoven (D66) aan de Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking over de ondergrens voor subsidieverlening via FLOW II (ingezonden 4 februari 2016).

Vraag 1

Bent u bekend met de geuite zorgen omtrent de manier waarop subsidies via het programma FLOW II verleend zijn?

Vraag 2

Kloppen de volgende getallen en berekeningen? Indien zij niet kloppen, hoe luiden zij volgens u wel?

  • 1. In 2008–2011 MDG3-fonds: € 70 miljoen. Drempelbedrag € 375.000 met 45 projecten, verdeeld over hele wereld.

  • 2. In 2012–2015 FLOW I-fonds: € 85,5 miljoen. Drempelbedrag: € 500.000 met 34 projecten, verdeeld over de hele wereld.

  • 3. In 2016–2020 FLOW II-fonds: € 95 miljoen. Drempelbedrag € 1.000.000 voor slechts 9 voorstellen.

Vraag 3

Klopt het dat (bijna) alle 9 voor FLOW II geselecteerde programma’s grotere noordelijke ngo’s of consortia betreffen? Zo ja, hoe kan het volgens u dat lokale programma’s niet door de selectie gekomen zijn en hoe verhoudt zich dit tot het streven naar lokaal eigenaarschap en autonomie?

Vraag 4

Deelt u de opvatting dat de Nederlandse inzet voor gendergelijkheid en vrouwenrechten cruciaal is omdat vrouwenorganisaties steeds vaker onder druk staan omwille van krimpende politieke, maatschappelijke en financiële ruimte? Zo nee, waarom niet?

Vraag 5

Welk signaal geeft, in acht nemende het bovenstaande, het stopzetten van deze rechtstreekse financiering aan de regimes die deze vrouwenorganisaties onderdrukken en aan andere donorlanden?

Vraag 6

In hoeverre verwacht u dat er sprake zal zijn van regranting vanuit de grotere fondsen die nu de FLOW-subsidies verkrijgen? Waarop baseert u die verwachting en is dat voldoende voor het borgen van continuïteit?

Vraag 7

Welke mogelijkheden zijn er om FLOW II op zo kort mogelijke termijn zodanig bij te sturen dat (middelgrote) vrouwenorganisaties weer rechtstreeks toegang tot financiering hebben?

Vraag 8

Kloppen de signalen dat zeer nuttig werk verrichtende zuidelijke vrouwenorganisaties failliet dreigen te gaan? Bent u zo nodig bereid met hen, al dan niet in samenwerking met andere landen, voorlopige voorzieningen te treffen teneinde hun voortbestaan te borgen?

Naar boven