Vragen van het lid Azmani (VVD) aan de Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie over het bericht «Eritrese intimidatie in Nederland breidt zich uit» (ingezonden 29 januari 2016).

Vraag 1

Bent u bekend met de berichtgeving omtrent het dictatoriale regime in Eritrea en de invloeden in Nederland?1

Vraag 2

Is bij de behandeling van asielaanvragen van vreemdelingen met de Eritese nationaliteit specifiek en voldoende aandacht voor de vraag of betrokkene al dan niet aanhanger is van het dictatoriale regime in Eritrea?

Vraag 3

Deelt u de mening dat vreemdelingen die aanhanger zijn van het dictatoriale regime in Eritrea niet tegelijkertijd een asielstatus kunnen krijgen omdat zij beweren te moeten vrezen voor ditzelfde regime?

Vraag 4

In hoeverre is uitzetting van uitgeprocedeerde Eritreeërs mogelijk? Is uitzetting mogelijk wanneer er sprake is van aanhangers van het dictatoriale regime in Eritrea, aangezien een schending van artikel 3 van het Europees Verdrag tot bescherming van de Rechten van de

Mens en Fundamentele Vrijheden (EVRM) in dat geval niet aannemelijk is?

Vraag 5

Wordt de Immigratie- en Naturalisatiedienst op de hoogte gesteld als er signalen zijn dat iemand met een asielstatus aanhanger is van het dictatoriale regime in Eritrea, bijvoorbeeld door de veiligheidsdiensten? Indien dit onvoldoende gebeurt, bent u dan bereid hierover in overleg te treden met zowel de Minister van Veiligheid en Justitie als met de Minister van Binnenlandse Zaken? Indien dit wel gebeurt, heeft het dan ook gevolgen voor het verblijfsrecht? Zo ja, hoeveel verblijfsvergunningen zijn in de afgelopen vijf jaar om die reden ingetrokken?

Vraag 6

Kunt u aangeven in hoeverre in EU-verband, ook in navolging van de Valetta-top, afspraken worden gemaakt met veilige Afrikaanse landen in de nabijheid van Eritrea om opvang aldaar te realiseren, zodat alle asielaanvragen van Eritreeërs niet-ontvankelijk kunnen worden verklaard op grond van veilig derde land?

Toelichting:

Deze vragen dienen ter aanvulling op eerdere vragen terzake van de leden Segers en Voordewind (beiden ChristenUnie), ingezonden 28 januari 2016 (vraagnummer 2016Z01694) en van de leden Kuiken, Marcouch en Servaes (Allen PvdA), ingezonden 28 januari 2016 (vraagnummer 2016Z01696).


X Noot
1

Volkskrant, 27 januari 2016

Naar boven