Vragen van het lid Van Nispen (SP) aan de Minister van Veiligheid en Justitie over de integriteitsregels van de advocatuur (ingezonden 23 november 2015).

Vraag 1

Hebt u kennisgenomen van de uitspraak van de tuchtrechter over de uitleg van artikel 10a Advocatenwet?1

Vraag 2

Klopt het dat alleen procespartijen een beroep kunnen doen op de integriteitsregels en kernwaarden van advocaten zoals verwoord in artikel 10a? Wat zijn de gevolgen van deze uitspraak?

Vraag 3

In welk opzicht beschermt artikel 10a het maatschappelijk belang en in welke opzicht het partijbelang?

Vraag 4

Wie, behalve procespartijen, kunnen een beroep doen op de naleving van integriteitsregels die het maatschappelijk belang dienen? Kunt u uw antwoord toelichten?

Vraag 5

Is het op grond van artikel 10a toelaatbaar als advocaten en partijen processtukken en proceshandelingen zoveel mogelijk op elkaar afstemmen met het oog op een zekere uitkomst? Kunt u uw antwoord toelichten?

Vraag 6

In hoeverre is (de schijn van) belangenverstrengeling toelaatbaar indien partijen daar beiden toestemming voor hebben gegeven? Indien dit het geval is, betekent dat dan niet dat advocaten in de praktijk in strijd met de integriteitsregels kunnen optreden zolang beide procespartijen daarmee akkoord zijn? Kunt u uw antwoord toelichten?

Naar boven