Vragen van de leden Van Nispen, Gesthuizen en Kooiman (allen SP) aan de Minister van Veiligheid en Justitie over het artikel «De 7 plagen van het Ministerie van Veiligheid & Justitie» (ingezonden 10 juli 2015).

Vraag 1

Wat is uw reactie op het artikel «De 7 plagen van het Ministerie van Veiligheid & Justitie» waarin is beschreven wat er aan de hand is op dit grote departement waar het de afgelopen tijd vaak ernstig mis ging?1

Vraag 2

Staan er volgens u feiten in dit artikel beschreven die niet juist zijn? Zo ja, welke en waarom zijn deze feiten volgens u onjuist?

Vraag 3

Herkent u zich geheel of enigszins in de oorzaken die in het artikel genoemd worden voor de problemen van het Ministerie van Veiligheid en Justitie, zoals desinteresse voor bedrijfsvoering, fixatie op incidentenmanagement en defensief handelen? Kunt u uw antwoord toelichten?

Vraag 4

Wat is uw reactie op de stelling in het artikel dat uit gesprekken met direct betrokkenen en interne documenten het beeld oprijst van een departement dat vóór alles gericht is op behoud van imago, dat alles wat misgaat moet worden geneutraliseerd, dat het managen van de beeldvorming veel tijd en energie kost die niet besteed kan worden aan de publieke taak en dat problemen taboe zijn en daarom vooruitgeschoven in plaats van opgelost worden?

Vraag 5

Wat is uw reactie op de stelling dat de rechtvaardigheid en de zorgvuldigheid op het departement te vaak opgeofferd zijn aan het uitstralen van veiligheid en feilloosheid, hetgeen minder ruimte betekent voor reflectie en balans in het uitvoeren van justitieel beleid?

Vraag 6

Is de enorme organisatie van bijna 100.000 mensen naar uw mening nog goed bestuurbaar? Kunt u uw antwoord toelichten?

Vraag 7

Wat is uw reactie op de stelling dat er eigenlijk niet genoeg geld is voor alle taken die het ministerie op zich neemt, waardoor niemand zijn werk echt naar believen kan uitvoeren?

Vraag 8

Zou de bewering kunnen kloppen dat sluimerende, langlopende problemen in de bedrijfsvoering die niet direct het imago van de bewindspersonen bedreigen niet tijdig de ambtelijke top bereiken, mede omdat de afstand tussen de werkvloer en de ambtelijke top in zo’n grote organisatie groot is en omdat in de kring rond de Minister de dagelijkse waan overheerst? Zo nee, waarom niet? Zo ja, op welke wijze denkt u dit tegen te kunnen gaan?

Vraag 9

Bent u bereid deze vragen afzonderlijk te beantwoorden?


X Noot
1

«De 7 plagen van het Ministerie van Veiligheid & Justitie», NRC Handelsblad, 9 juli 2015

Naar boven