Vragen van het lid Dik-Faber (ChristenUnie) aan de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport over eigen kracht-conferenties bij verplichte ggz (geestelijke gezondheidszorg) (ingezonden 24 juni 2015).

Vraag 1

Kent u de tussenrapportage van het VUmc over de inzet van eigen kracht-conferenties bij verplichte zorg?1 Wat vindt u van deze onderzoeksresultaten? Kent u ook het internetartikel «Eigen kracht-conferenties kunnen verplichte zorg in de psychiatrie versterken»?2

Vraag 2

Deelt u de mening dat het positief is dat in alle gevallen die zijn onderzocht positieve effecten zijn gesignaleerd, en dat betrokkenen het als zinvol ervaren om met een grotere kring na te denken over alternatieven voor dwangtoepassingen? Vindt u het ook waardevol dat door de inzet van Eigen Kracht Conferenties familierelaties, die vaak jarenlang onder druk hebben gestaan, hersteld kunnen worden?

Vraag 3

Deelt u de mening dat artikel 5.7 van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg moet worden aangepast om ruimte te bieden aan Eigen Kracht Conferenties? Bent u voornemens op basis van bovengenoemde onderzoeksresultaten de Eigen Kracht Conferenties bij verplichte ggz wettelijk te verankeren?

Vraag 4

Kunt u verklaren waarom het voor ggz-instellingen geen uitgemaakte zaak is om te werken met onafhankelijke ondersteuning bij de totstandkoming van een plan van aanpak van de cliënt en zijn of haar netwerk? Deelt u de mening dat het onmogelijk is zonder structurele financiering dit deel van de wet te laten slagen? Op welke manier wilt u zich inzetten om aarzelingen van ggz-instellingen om hier structureel mee te gaan werken weg te nemen?

Vraag 5

Wilt u in gesprek gaan met de onderzoekers van het VUmc over de geboekte resultaten?


X Noot
1

«Eigen Kracht-conferenties bij verplichte GGz; een onderzoek naar proces en uitkomsten», G. Schout et al, VUmc, 2015

Naar boven