Vragen van het lid Segers (ChristenUnie) aan de Minister van Veiligheid en Justitie over de aanpak van wraakporno en onderzoek naar sexting (ingezonden 12 juni 2015).

Vraag 1

Heeft u kennisgenomen van het bericht «Tegen wraakporno is wet nodig»?1 Zo ja, wat vindt u daarvan?

Vraag 2

Klopt het dat, in eerste instantie vrijwillig gemaakte, erotische opnames bij onvrijwillige verspreiding alleen via de strafbaarstelling van belediging en smaad kan worden aangepakt? Acht u dat afdoende?

Vraag 3

Weet u hoeveel gevallen van wraakporno jaarlijks plaatsvinden? Zo nee, bent u bereid daarnaar onderzoek te doen?

Vraag 4

Hoe vaak is het tot een veroordeling gekomen op grond van smaad of laster?

Vraag 5

Bent u bereid om met een specifieke strafbaarstelling te komen van het verspreiden van erotisch materiaal zonder de toestemming van betrokkenen, zoals in veel andere landen al is gebeurd?

Vraag 6

Hoe staat het met de door u eerder aangekondigde algemenere strafbaarstelling van het kopiëren, verspreiden of voorhanden hebben van vertrouwelijk gegevens van personen via de wet Computercriminaliteit III?

Vraag 7

Bent u bereid de in vraag 5 aangehaalde strafbaarstelling als afzonderlijk wetsvoorstel naar de Kamer te zenden, teneinde de behandeling daarvan te bespoedigen en te vereenvoudigen?

Vraag 8

Bent u ervan op de hoogte dat hulpverleningsorganisaties die zich richten op loverboy-slachtoffers constateren dat sexting steeds vaker wordt gebruikt om jongeren tot prostitutie te dwingen?

Vraag 9

Bent u bereid onderzoek te doen naar de gevolgen en risico’s van sexting en de noodzaak om wetgeving daarop aan te passen?

Vraag 10

Bent u in het kader van preventie bereid, in overleg met uw collega van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, het beschikbare lesmateriaal over de risico’s van sexting bij elkaar te brengen en dit voor scholen te ontsluiten?


X Noot
1

Volkskrant donderdag 11 juni 2015, pagina 4.

Naar boven