Vragen van de leden Van Wijngaarden en Harbers (beiden VVD) aan de Staatssecretarissen van Veiligheid en Justitie en van Financiën over het bericht «De enorme interesse voor vergunningen voor internetgokken in Nederland» (ingezonden 30 april 2015).

Vraag 1

Kent u het bericht «De enorme interesse voor vergunningen voor internetgokken in Nederland»?1

Vraag 2

Kunt u, na overleg met online gokaanbieders, deskundige veldpartijen en een oriëntatie op omringende landen, de Kamer een nieuwe inschatting geven van de te verwachten omvang van de markt voor online gokken in Nederland? Zo nee, waarom niet?

Vraag 3

Zijn online gokaanbieders ten behoeve van deze raming desgevraagd bereid om u op korte termijn meer inzage te geven in de tot op heden gerealiseerde en te verwachten marktomvang voor het aanbieden van online gokspellen aan de naar schatting 800.000 Nederlanders die volgens schattingen online gokken?

Vraag 4

Zo nee, welke rol kan de FIOD-ECD (Fiscale Inlichtingen- en Opsporingsdienst-Economische controledienst) mogelijk spelen om deze informatie alsnog te helpen genereren?

Vraag 5

Welke inkomsten aan kansspelbelasting raamt u bij een uniform belastingtarief voor alle online en landbased kansspelen van 24, dan wel 25% uitgaande van de gevraagde nieuwe inschatting van de marktomvang voor online gokken? In hoeverre wijkt dat positief of negatief af van de begroting?

Vraag 6

Welke kanalisatiegraad voorziet u bij die percentages?

Vraag 7

Welke intensivering van de handhaving is er mogelijk om de kanalisatiegraad op of boven de beoogde doelstelling van circa 80% te laten uitkomen?

Naar boven