Vragen van het lid Kerstens (PvdA) aan de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid over het bericht dat de gemeente Arnhem zelfstandigen zonder personeel (zzp)-schijnconstructies creëert (ingezonden 18 maart 2015).

Vraag 1

Heeft u kennisgenomen van het artikel «gemeente Arnhem creëert ZZP-schijnconstructies bij Kunstbedrijf»?1

Vraag 2

Wanneer is naar uw mening sprake van schijnzelfstandigheid?

Vraag 3

Hoe kwalificeert u de in bedoeld artikel omschreven handelwijze van de gemeente Arnhem waarbij ambtenaren worden ontslagen om vervolgens terug te kunnen keren als «zelfstandige»?

Vraag 4

Bent u het eens met de Stichting ZZP-Nederland dat de overheid een voorbeeldfunctie heeft als het gaat om het vermijden van de schijn dat meegewerkt wordt aan of zelfs aangestuurd wordt op «dubieuze» constructies waarbij feitelijk sprake is van «(nood-)gedwongen zelfstandigheid»? Zo ja, op welke wijze manifesteert die voorbeeldfunctie zich momenteel? Zo nee, waarom niet?

Vraag 5

Herinnert u zich de motie Kerstens/Azmani d.d. 13 december 2012 (Kamerstuk 33 400 XVV, nr. 40) waarin het kabinet wordt opgeroepen met een integrale aanpak te komen, waarin onder meer wordt ingezet op het terugdringen van schijnzelfstandigheid? Bent u van mening dat een dergelijke aanpak nodig is? Zo ja, wanneer kan de Kamer een en ander verwachten?

Naar boven