Vragen van de leden Van Nispen en Ulenbelt (beiden SP) aan de Ministers van Veiligheid en Justitie en van Sociale Zaken en Werkgelegenheid over het niet respecteren van de rechten van vakbonden (ingezonden 2 maart 2015).

Vraag 1

Is het waar dat bij de Europese Octrooi Organisatie (EOO) in Rijswijk al jaren een conflict speelt tussen de leiding en een groot deel van de werknemers? Is het waar dat de directeur van EOO de vakbonden niet erkent en weigert met hen in gesprek te gaan, het mailverkeer tussen de bonden en de leden heeft geblokkeerd, het stakingsrecht heeft ingeperkt en dat medewerkers die hun onenigheid uiten met ontslag worden bedreigd?1 Wat is uw reactie hierop?

Vraag 2

Wat is uw reactie op de uitspraak van het gerechtshof in Den Haag dat de EOO de fundamentele beginselen van een open en democratische rechtsstaat schendt en dat het niet respecteren van de rechten van vakbonden op het voeren van collectieve actie en collectieve onderhandelingen in strijd zijn met het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens?2 Op welke wijze kan dit vonnis, waarin het Hof gebood de omstreden maatregelen terug te draaien, uitgevoerd worden?

Vraag 3

Waarom heeft u bevolen dat gerechtsdeurwaarders het vonnis niet mogen executeren vanwege de immuniteit die deze internationale organisatie in de verdragsstaten zou hebben?3 Op grond waarvan precies? Kunt u uw besluit uitgebreid toelichten?

Vraag 4

Betekent dit dat een duidelijke uitspraak zoals die van het gerechtshof vorige week geen enkele consequentie heeft? Vindt u dit geen onwenselijke situatie?

Vraag 5

Welke rechtsmiddelen zijn er dan wel voor het personeel en de vakbonden om hun rechten af te dwingen? Zijn die wel effectief?

Vraag 6

Hoe ver gaat volgens u de onschendbaarheid en de immuniteit die een internationale organisatie kan hebben precies?

Vraag 7

Bent u van mening dat de immuniteit nooit zo ver kan gaan dat een organisatie als de EOO algemeen in Europa erkende grondrechten zou mogen schenden, zonder dat partijen als vakbonden daartegen een effectief rechtsmiddel zouden kunnen instellen?

Vraag 8

Deelt u de opvatting dat de regels omtrent onschendbaarheid en immuniteit nooit zo bedoeld kunnen zijn om ongestraft rechten te schenden en vakbonden monddood te maken?

Vraag 9

Bent u bereid om zo snel mogelijk hier iets aan te doen, maar in ieder geval het Nederlandse voorzitterschap van de Europese Unie aan te grijpen om de Europese Unie in beweging te brengen om de immuniteit te beperken tot waarvoor het bedoeld is? Zo niet, waarom niet?

Vraag 10

Hoe wordt voorkomen dat een internationale organisatie die immuniteit geniet kan doen en laten wat zij wil? Hoe wordt ervoor gezorgd dat het personeel en de vakbonden niet vogelvrij zijn verklaard?

Toelichting:

Deze vragen dienen ter aanvulling op eerdere vragen terzake van de leden Kerstens en Maij (beiden PvdA), ingezonden 27 februari 2015 (vraagnummer 2015Z03533).


X Noot
1

Volkskrant, 26 februari 2015: «Opstelten negeert vonnis gerechtshof». http://www.volkskrant.nl/politiek/opstelten-bureau-mag-vakbond-weren~a3873491/

X Noot
2

Gerechtshof Den Haag, 17 februari 2015, C/09/453749/KG ZA 13-1239

X Noot
3

Aanzegging ex artikel 3a, tweede lid, van de Gerechtsdeurwaarderswet, 23 februari 2015

Naar boven