Vragen van de leden Maij en Marcouch (beiden PvdA) aan de Minister van Buitenlandse Zaken over het rapport van de Raad van Europa over de toenemende aversie jegens migranten in Griekenland (ingezonden 26 februari 2015).

Vraag 1

Heeft u kennisgenomen van het rapport van de Raad van Europa (het Comité tegen Racisme en Intolerantie, ECRI) over Griekenland?1 Klopt het dat dit rapport meldt dat er in Griekenland een zorgelijke mate van xenofobie en geweld jegens migranten bestaat?

Vraag 2

Hoe duidt u dit rapport over Griekenland en de acties hieromtrent die door de Griekse overheid worden ondernomen?

Vraag 3

Op welke schaal vinden geweldsincidenten jegens illegale vreemdelingen, migranten en mogelijk ook asielzoekers in Griekenland plaats? Welke mogelijkheid ziet u om uw Griekse collega’s daar in Europees verband op aan te spreken? Op welke wijze wordt dit probleem door de Griekse overheid aangepakt?

Vraag 4

Zijn er andere lidstaten waar in min of meer vergelijkbare mate geweld en uitingen jegens migranten plaatsvinden? Zo ja, welke?

Vraag 5

Welke indicaties heeft u dat specifieke groepen migranten, zoals bijvoorbeeld homoseksuele of islamitische migranten, in Europese lidstaten extra en gericht het voorwerp zijn van ernstige discriminatie en gewelddadigheden?

Vraag 6

Deelt u de mening dat één van de essentiële Europese waarden is dat racisme en discriminatie ontoelaatbaar zijn en dat geweld jegens migranten volstrekt onacceptabel is? Zo ja, bent u bereid in Europees verband het voortouw te nemen in een Europese aanpak tegen deze uitwassen?

Vraag 7

In welke mate ziet u in de gehele EU een toename van xenofobie en anti-islamsentimenten? Op welke wijze zou de EU dit probleem gezamenlijk kunnen adresseren en aanpakken?

Naar boven