Vragen van het lid Kuzu (Groep Kuzu/Öztürk) aan de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap over censuur bij de Vrije Universiteit (VU) in Amsterdam (ingezonden 21 januari 2015).

Vraag 1

Bent u bekend met het artikel «Studenten voor Palestina woedend over censuur VU»?1

Vraag 2

Vindt u dat een maatschappelijk debat over de situatie in Palestina valt binnen de «bevordering van maatschappelijk verantwoordelijkheidsbesef»?2 Zo nee, waarom niet?

Vraag 3

Deelt u de mening dat een debat over de situatie in Palestina valt binnen de vrijheid van meningsuiting, ook wanneer hier kritiek wordt geleverd op het Israëlische nederzettingenbeleid? Zo nee, waarom deelt u deze mening niet?

Vraag 4

Komt met het annuleren van het debat door druk van «organisaties en mensen van buiten» de academische vrijheid in het geding? Zo nee, waarom niet? Zo ja, wat heeft u hiertegen ondernomen om dit in de toekomst te voorkomen?

Vraag 5

Hoe beoordeelt u de beslissing van de VU om dit debat te censureren?

Vraag 6

Gaat u het bestuur van de VU aanspreken op het censureren van dit debat op de VRIJE Universiteit? Zo nee, waarom niet?

Vraag 7

Waarom kan een debat met enkel de ambassadeur van Israël en een delegatie van de Universiteit van Haifa wel, maar een debat dat kritisch is tegenover het beleid van de regering van Israël niet bij een Nederlandse universiteit?

Vraag 8

Hoe vaak heeft de VU debatten gecensureerd? Welke debatten waren dit en op welke gronden zijn die debatten gecensureerd?

Vraag 9

Bent u bereid om met «studenten voor Palestina» en het bestuur van de VU in overleg te treden om het debat alsnog plaats te laten vinden? Zo nee, waarom niet?

Vraag 10

Kent u andere Nederlandse universiteiten die debatten hebben gecensureerd? Zo ja, aan de hand van welke criteria is dat gebeurd? Wat heeft u hier tegen gedaan?


X Noot
2

Artikel 1.3.5 van de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek

Naar boven