Vragen van het lid Van Dekken (PvdA) aan de Ministers van Volksgezondheid, Welzijn en Sport en van Veiligheid en Justitie over de berichten «Amateurclub OFC naar de top dankzij dubieuze geldschieter» en «De bad boys van Young Boys» (ingezonden 13 januari 2015).

Vraag 1

Bent u op de hoogte van de berichtgeving over georganiseerde misdaad in de sport zoals geconstateerd in de artikelen «Amateurclub OFC naar de top dankzij dubieuze geldschieter», «De bad boys van Young Boys» en de onderzoeken van Interpol, Europol en het World Anti-Doping Agency (WADA)?1,2 Zo ja, wat is uw opvatting daarover?

Vraag 2

Worden amateursportclubs beschermd tegen criminele beïnvloeding, witwasserij, matchfixing, illegale betalingen en afpersing? Zo ja, op welke manier? Zo nee, waarom niet?

Vraag 3

Bent u bereid breder en nader onderzoek in te stellen naar criminele beïnvloeding bij amateursportclubs?

Vraag 4

Wat is uw opvatting over de berichtgeving dat bij voetbalvereniging OFC een geldschieter of sponsor spelers al jarenlang geld zou betalen terwijl onduidelijk is waar deze middelen vandaan komen?

Vraag 5

Welke (nieuwe) wettelijke mogelijkheden zijn er binnen een verenigingsstructuur om te zorgen dat criminele beïnvloeding, integriteitschendingen en verwevenheid tussen onder- en bovenwereld in de toekomst niet langer plaatsvinden?

Vraag 6

Kunt u er zorg voor dragen dat de integriteitseenheid van de Koninklijke Nederlandse Voetbalbond (KNVB) prioriteit geeft aan voorkoming van intimidatie en criminele beïnvloeding van de amateursport?

Vraag 7

Bent u bereid de kwestie inzake amateurvoetbalclub OFC onderdeel te maken van het lopende, justitiële onderzoek naar fraude, witwasserij en matchfixing binnen de sport en te inventariseren welke eventueel andere amateursportclubs risico lopen op criminele beïnvloeding?


X Noot
1

Het Parool, 5 december 2014

X Noot
2

Voetbal International, 17 december 2014

Naar boven