Vragen van het lid Leijten (SP) aan de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport over de inkoop van huisartsenzorg (ingezonden 31 december 2014).

Vraag 1

Wat vindt u ervan dat huisartsen in de media te kennen moeten geven dat het met het inkoopbeleid van zorgverzekeraars niet goed gaat?1

Vraag 2

Vindt u het terecht dat huisarts P.A. via een brief door zorgverzekeraar VGZ is aangesproken op zijn optreden bij L1?2

Vraag 3

Bestaat er voor huisartsen, maar ook voor andere zorgverleners, vrijheid van meningsuiting? Zo ja, hoe oordeelt u dan over de gegeven opdracht de zorgverzekeraar voortaan rechtstreeks te benaderen?

Vraag 4

Vindt u dat een huisarts onrust onder verzekerden/patiënten zaait als deze zich uitlaat over het inkoopproces? Hoe oordeelt u over de suggestie die VGZ hierover wekt? Zou deze mogelijk zelf die onrust veroorzaken door geen contractonderhandelingen te voeren? Kunt u uw antwoord toelichten?

Vraag 5

Vindt u het ook vreemd dat de huisarts wordt gevraagd contact op te nemen, terwijl in de brief duidelijk staat dat er geen contractonderhandelingen met individuele huisartsen plaatsvinden?

Vraag 6

Wat vindt u ervan dat er geen onderhandelingen met individuele huisartsen plaatsvinden? Erkent u dat dit betekent dat er TROG (teken rechts onder, graag) contracten worden afgedwongen? Kunt u uw antwoord toelichten?

Vraag 7

Wat is uw oordeel over het antwoord van de VGZ-onderhandelaar op het schrijven van huisarts P.A.?3 4

Vraag 8

Vindt u het terecht dat de zorgverzekeraar dreigt «ten onrechte geleden schade door het verspreiden van onjuiste informatie en mogelijk onrechtmatig handelen overweegt te verhalen op betrokkenen»?

Vraag 9

Vindt u de uitlating dat geleden schade verhaald kan worden op betrokkene wijst op een evenwichtige verhouding van zorgverzekeraars en huisartsen bij het inkoopproces van huisartsenzorg? Kunt u uw antwoord toelichten?

Vraag 10

Op welke geleden schade kan VGZ doelen? Hoe is vast te stellen dat de betrokken huisarts met het interview die schade berokkende? Kunt u uw antwoord toelichten?

Vraag 11

Vindt u het wenselijk dat zorgverzekeraars in hun contracten inhoudelijke zaken afdwingen, zoals de verzorging en begeleiding van chronisch zieke patiënten, bijv. door de POH in plaats van de huisarts? Vindt u niet dat deze afweging door de professionals dient te worden gemaakt?

Vraag 12

Denkt u dat een zorgverzekeraar van achter het bureau en de computer kan vaststellen welke zorgverlener ingezet moet worden bij welke patiënten? Kunt u uw antwoord toelichten?

Vraag 13

Vindt u het wenselijk dat er nu huisartsenpraktijken zijn die geen POH-ggz (een functie in de huisartsenzorg; letterlijk de ondersteuner van de (huisartsen)praktijk, vaak afgekort tot POH) meer kunnen betrekken omdat zij geen contract hebben (willen of kunnen) sluiten met een zorgverzekeraar? Wat doet dit met de toegang tot de geestelijke gezondheidszorg (ggz) voor patiënten in desbetreffende praktijken?

Vraag 14

Erkent u dat het nooit de bedoeling van de nieuwe huisartsenfinanciering was dat er zo keihard – met als gevolg dat er nu huisartsenpraktijken zijn die geen contract hebben afgesloten – onderhandeld zou worden?5

Vraag 15

Hoe moeten huisartsen zonder contract met een zorgverzekeraar per 1 januari 2015 palliatieve zorg verlenen? Moeten zij de patiënt naar een hospice verwijzen, verpleeghuis of naar een wel gecontracteerde collega?

Vraag 16

Herinnert u zich nog dat u niet wilde ingaan op de kritiek van de Landelijke Huisartsen Vereniging op het inkoopproces van de huisartsenzorg? Hoe kijkt u daar nu op terug?6 7

Vraag 17

Vindt u nog steeds dat er sprake is van een «onderhandelingsspel» waar u zich niet in wilt mengen? Beseft u dat u daarmee carte blanche geeft aan zorgverzekeraars die dicteren hoe het gaat?8

Naar boven