Vragen van het lid Marcouch (PvdA) aan de Minister van Veiligheid en Justitie over het bericht dat een relatief groot deel van de homo’s zich onveilig voelt (ingezonden 7 november 2014).

Vraag 1

Heeft u kennisgenomen van het bericht «Kwart homo’s voelt zich onveilig in eigen buurt»?1

Vraag 2

Wat is uw reactie op dit bericht?

Vraag 3

In welke mate wordt het relatief grote aantal gevoelens van onveiligheid bij homo’s en lesbiennes ook ondersteund door een relatief groot aantal strafbare feiten dat jegens hen wordt begaan, zoals belediging, bedreiging of mishandeling?

Vraag 4

Welke aanpak staat u voor om daders te straffen en slachtoffers te beschermen? Wat kunt u zeggen over de achtergronden van daders en over de mogelijk specifieke aanpak die daarmee kan samenhangen? Welke mogelijkheden worden gebruikt om daders dusdanige straffen te geven dat die een opvoedkundig en recidivevoorkomend effect kunnen hebben?

Vraag 5

Welke signalen heeft u dat de stelling van het COC klopt, namelijk dat er veel misgaat in de samenwerking tussen veiligheidspartners, waardoor de overlast jegens lesbiennes, homo's, biseksuelen en transgenders onvoldoende wordt aangepakt?

Vraag 6

Wat gaat u ondernemen om de gevoelens van onveiligheid die homo’s en lesbiennes ervaren in hun woonomgeving weg te nemen? Wat gebeurt er in dit kader al op wijkniveau? Welke gemeenten en wijken doen hier aan mee? In hoeverre zijn aanvullende maatregelen noodzakelijk om de gevoelens van onveiligheid te verminderen? Op welke wijze gaat u hier werk van maken?

Vraag 7

Wat is uw reactie op de stelling van het COC dat betrokken instanties pas in actie komen na de escalatie van problemen en dat de politie vaak geen aandacht besteedt aan het discriminatieaspect van overlast waardoor het Openbaar Ministerie niet tot vervolging over kan gaan? Wat is uw reactie op het voorstel voor een snelle landelijke uitrol van Roze in Blauw?

Naar boven