Vragen van de leden Hachchi en Sjoerdsma (beiden D66) aan de ministers voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking en van Defensie over achterblijvende resultaten om meer vrouwen te betrekken bij militaire vredesmissies (ingezonden 3 november 2014).

Vraag 1

Op welke wijze gaf u op 31 oktober 2014 aandacht aan het nieuws dat het bijna 15 jaar geleden is dat de Verenigde Naties de internationale gemeenschap opriep om meer vrouwen te betrekken bij vredesmissies vanwege het strategisch belang van vrouwen bij VN-vredesmissies?

Vraag 2

Bent u ervan op de hoogte dat de representatie van Nederlandse vrouwen in het totale aantal VN-vredesmissies slechts 8 procent bedraagt?1 2 Zo ja, wat vindt u van dit percentage en het gegeven dat Afrikaanse landen zoals Zuid-Afrika en Zimbabwe het aanzienlijk beter doen dan Nederland waar het gaat om participatie van vrouwen in de krijgsmacht?

Vraag 3

Bent u bereid om nader onderzoek te doen naar de oorzaken van de exclusiviteit van vrouwen binnen de Nederlandse krijgsmacht en de VN-vredesmissies?

Vraag 4

Deelt u de mening dat Nederland de ambitie moet hebben om tot één van de best presterende landen ter wereld te behoren wat betreft genderneutraliteit in de krijgsmacht en de VN-missies? Zo ja, hoe geeft u vorm aan die ambitie?

Vraag 5

Wat mag in 2015, het laatste jaar van het huidige Nationaal actieplan ter uitvoering van resolutie 1325, concreet van u worden verwacht om meer vrouwen betrokken te krijgen bij militaire vredesmissies? Welke (extra) maatregelen neemt u om die ambitie te realiseren?

Vraag 6

Dient het Nationaal Actieplan ter uitvoering van resolutie 1325, welke in 2015 afloopt, te worden herzien en vernieuwd? Zo ja, kunt u uiteenzetten of dit actieplan zal worden aangescherpt op de punten van genderneutraliteit en de promotie en vermeerdering van vrouwelijke vredeshandhavers?3

Naar boven