Vragen van het lid Keijzer (CDA) aan de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport over het invriezen van een deel van de eierstokken zonder medische noodzaak (ingezonden 23 oktober 2014).

Vraag 1

Kunt u een nadere toelichting geven op uw uitspraak dat u geen principiële bezwaren heeft tegen het invriezen van een deel van een eierstok voor later gebruik, ook als je gezond bent en er zelf voor kiest?1

Vraag 2

Bent u van mening dat alles wat technisch mogelijk is, ook wenselijk is? Zo ja, waarom? Zo nee, wat betekent dat dan voor uw stellingname in deze kwestie?

Vraag 3

Is de overweging dat vrouwen op een latere leeftijd zwanger willen worden voor u voldoende reden om het invriezen van een deel van een eierstok toe te staan? Zo ja, waarom? Zo nee, wat betekent dat dan voor uw stellingname in deze kwestie?

Vraag 4

Hoe beoordeelt u het bericht dat een aantal Amerikaanse bedrijven hun werknemers betalen voor het invriezen van hun eicellen, zodat zij zich volop zullen blijven inzetten voor hun carrière?2 Bent u van mening dat dit in Nederland ook zou moeten kunnen? Zo nee, wat betekent dat dan voor uw stellingname?

Vraag 5

Klopt het dat voor het invriezen van eierstokken net als bij in-vitrofertilisatie (ivf) een maximumleeftijd van 45 jaar wordt gehanteerd? Op basis van welke medisch-wetenschappelijke onderzoeken en inzichten baseert u deze leeftijdsgrens? Draait het bij deze onderzoeken en inzichten om de gezondheid van moeder en kind?

Vraag 6

Hoe zit het met de vergoeding van het invriezen van een deel van de eierstokken, zonder dat daar een medische noodzaak voor is?

Naar boven