Vragen van het lid Monasch (PvdA) aan de Minister voor Wonen en Rijksdienst over de mogelijkheden van collega woningcorporaties om Vestia bezit over te nemen (ingezonden 16 oktober 2014).

Vraag 1

Bent u op de hoogte van de wens van de Bossche woningcorporatie Zayaz om het bezit van Vestia in ’s Hertogenbosch over te nemen? Zo nee, bent u bereid om hierover contact op te nemen met Zayaz of de wethouder Wonen in ’s Hertogenbosch?

Vraag 2

Bent u op de hoogte van het feit dat Vestia eerst wel maar nu niet meer bereid is om haar bezit in ’s Hertogenbosch aan Zayaz te verkopen, omdat er een intentieovereenkomst ligt met de Duitse vastgoedinvesteerder Patrizia? Hoe beoordeelt u deze gedraaide houding van Vestia?

Vraag 3

Bent u van mening dat het wenselijker is dat lokale woningcorporaties te koop staand Vestia bezit overnemen in plaats van buitenlandse vastgoedbeleggers? Kunt u uw antwoord toelichten?

Vraag 4

In welke mate speelt de belangstelling vanuit lokaal gebonden woningcorporaties voor Vestiabezit een rol in uw meningsvorming omtrent de voorgenomen verkoop van Vestiabezit aan Patrizia? Kunt u dit toelichten?

Vraag 5

In welke mate heeft u inzicht over de bereidheid bij woningcorporaties werkzaam in het verkoopgebied van Vestia om Vestiabezit over te nemen?

Vraag 6

Vindt u ook niet dat de collega woningcorporaties, die Vestia in de lucht houden met 700 miljoen euro steun, een eerste recht van koop zouden moeten hebben?

Vraag 7

Bent u bereid, voorafgaand aan de oordeelsvorming over de verkoop aan Patrizia, bij de woningcorporaties die in het verkoopgebied van Vestia gevestigd zijn uit te zoeken in welke mate zij interesse hebben in een deel van de Vestiaportefeuille?

Naar boven