Vragen van het lid Van Weyenberg (D66) aan de Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid over de hoogte van de AOW-uitkering in het buitenland (ingezonden 7 oktober 2014).

Vraag 1

Hoeveel Nederlanders ontvangen een AOW-uitkering in het buitenland? Kunt u dit uitsplitsen naar land?

Vraag 2

Met hoeveel en met welke landen heeft Nederland een verdrag gesloten over toezicht ten behoeve van het samenwooncriterium in de Algemene ouderdomswet (AOW)? Kunt u aangeven hoeveel Nederlanders een AOW-uitkering ontvangen in een land waarmee Nederland een verdrag heeft, en hoeveel Nederlanders in een land waarmee Nederland geen verdrag heeft? Kunt u dit uitsplitsen naar land?

Vraag 3

Hoe controleert de Sociale Verzekeringsbank (SVB) op bijvoorbeeld overlijden in landen waarmee Nederland geen verdrag heeft gesloten?

Vraag 4

Deelt u de mening dat Nederland met zoveel mogelijk landen een verdrag zou moeten sluiten, zodat Nederlanders die in het buitenland verblijven aanspraak kunnen maken op de AOW-hoogte waar ze recht op hebben en niet worden «gekort» op de uitkeringshoogte omdat de SVB niet kan controleren op het samenwooncriterium?

Vraag 5

Kunt u aangeven met hoeveel landen thans onderhandelingen worden gevoerd over een verdrag, met hoeveel landen in het verleden onderhandelingen zijn gevoerd die niet hebben geleid tot een verdrag, danwel met hoeveel landen een gesloten verdrag is opgezegd?

Vraag 6

Klopt het dat de onderhandelingen met Costa Rica over een verdrag zijn gestaakt? Zo ja, waarom? Bent u voornemens de onderhandelingen met Costa Rica te hervatten? Zo nee, waarom niet? Zo ja, op welke termijn?

Naar boven