Vragen van de leden Schouw en Koolmees (beiden D66) aan de Minister van Financiën over de conclusie van de Europese Rekenkamer dat de door de lidstaten verrichte verificaties van de EU-landbouwuitgaven niet betrouwbaar zijn (ingezonden 19 maart 2014).

Vraag 1

Bent u bekend met het kritische rapport van de Europese Rekenkamer van 17 maart 2014 dat concludeert dat de door de lidstaten verrichte verificaties van de EU-landbouwuitgaven niet betrouwbaar zijn?1

Vraag 2

Klopt het dat de controle verslagen van de lidstaten slechts gedeeltelijk relevant of onvolledig en onjuist zijn? Geldt dit ook voor het controle verslag van Nederland?

Vraag 3

Wordt deze informatie door de Europese Commissie gebruikt om restfoutenpercentages te ramen en worden deze aan het Europees Parlement en de Raad gepresenteerd in het kader van de kwijtingsprocedure?

Vraag 4

Kan hieruit geconcludeerd worden dat de Europese Commissie jarenlang onbetrouwbare informatie heeft doorgegeven aan het Parlement in het kader van de kwijtingsprocedure, waarbij het Parlement de door de Commissie gepubliceerde foutenpercentages – in haar betrouwbaarheid verklaring – als belangrijke informatiebron gebruikte? Zo ja, wat gaat u hieraan doen?

Vraag 5

Welke maatregelen gaat Nederland nemen om de geconstateerde gebreken in het rapport van de Europese Rekenkamer aan te pakken?

Vraag 6

Bent u het er mee eens dat de besteding van Europees geld rechtmatig en controleerbaar moet zijn? Zo ja, bent u bereid dit rapport van de Europese Rekenkamer in de Ecofin aan de orde te stellen om aan deze praktijken een onmiddellijk einde te maken?

Naar boven