Vragen van het lid Marcouch (PvdA) aan de Minister van Veiligheid en Justitie over het bericht «Duizenden agenten aan sufmakende pillen» (ingezonden 22 november 2013).

Vraag 1

Kent u het bericht «Duizenden agenten aan sufmakende pillen»?1

Vraag 2

Kent u het in het bericht genoemde onderzoek van de Politieacademie? Zo ja, wat is de inhoud van dat onderzoek en welke conclusie trekt u hier uit? Zo nee, wilt u zich dan daarvan op de hoogte stellen?

Vraag 3

Is het waar dat ongeveer duizend agenten in Nederland werken onder invloed van medicijnen die concentratieverlies en sufheid veroorzaken? Zo ja, deelt u de mening dat dit zorgwekkend is? Zo nee, wat is niet waar aan het gestelde?

Vraag 4

Levert het gebruik van medicijnen door politiemensen een serieus veiligheidsprobleem op? Zo ja, op welke manier en in welke mate? Wat gaat u doen om dit probleem op te lossen? Zo nee, waarom niet?

Vraag 5

Als er inderdaad 1000 van de 55.000 politiemensen antidepressiva gebruiken, hoe verhoudt zich dat dan tot het gebruik van antidepressiva bij andere beroepsgroepen?

Vraag 6

Weet u in hoeverre het gebruik van antidepressiva door politiemensen veroorzaakt wordt door problemen die politiemensen tijdens hun werk ondervinden? Zo ja, in hoeverre is dat het geval? Zo nee, waarom weet u dat niet en wat gaat u doen om hier wel inzicht in te krijgen?

Toelichting:

Deze vragen dienen ter aanvulling op eerdere vragen terzake van het lid Kooiman (SP), ingezonden 22 november 2013 (vraagnummer 2013Z22942).

Naar boven