Vragen van het lid Van Gerven (SP) aan de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport over het bericht dat zorgverzekeraars niet overtuigd zijn van de effectiviteit van protonentherapie (ingezonden 8 oktober 2013).

Vraag 1

Hoe oordeelt u over het bericht dat zorgverzekeraars niet overtuigd zijn van de effectiviteit van protonentherapie?1

Vraag 2

Blijft u van mening dat, gezien de discussie over de effectiviteit van protonentherapie, het verstandig is vier protonencentra te bouwen? Kunt u uw antwoord toelichten?2

Vraag 3

Hoe oordeelt u over de uitspraak van een medisch adviseur van Achmea dat de protonencentra «de Fyra van de zorg» is?3

Vraag 4

Hoe reageert u op de uitspraak «straks investeren we tientallen miljoenen en staan de centra grotendeels leeg omdat er alweer betere behandelingen zijn»?

Vraag 5

Hoe reageert u op de uitspraak van het hoofd van de afdeling radiotherapie van het UMCG dat het terecht is dat Amerikaanse verzekeraars sinds vorige maand protonentherapie niet meer vergoeden, omdat deze niets toevoegt aan de gezondheid?

Vraag 6

Acht u het niet verstandiger te beginnen met één centrum, waarna uitbreiding van het aantal centra te overwegen is als de discussie over de effectiviteit is beslecht? Kunt u uw antwoord toelichten?

Vraag 7

Blijft u bij uw inschatting dat circa 3.450 patiënten per jaar in aanmerking komen voor protonentherapie? Rechtvaardigt dit naar uw mening vier centra voor protonentherapie?4

Vraag 8

Hoe oordeelt u over zorgverzekeraars die, nu er al vergevorderde plannen zijn voor de bouw van vier centra voor protonentherapie, laten weten slechts één centrum te contracteren? Deelt u de mening dat dit rijkelijk laat is? Wie is dit volgens u aan te rekenen? Hoeveel geld is er hierdoor over de balk gesmeten als verzekeraars voet bij stuk houden?


X Noot
1

Kankertherapie overtuigt verzekeraars niet, 7 oktober 2013, pagina 1

X Noot
2

Regeling van de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, kenmerk 129230–106270-CZ, 29 juli 2013

X Noot
3

Kankertherapie overtuigt verzekeraars niet, 7 oktober 2013, pagina 1

X Noot
4

Regeling van de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, kenmerk 129230–106270-CZ, 29 juli 2013

Naar boven