Vragen van het lid Van Bommel (SP) aan de minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking over de besteding van hulpgelden voor Srebrenica (ingezonden 9 juli 2013).

Vraag 1

Bent u bekend met de uitzending van KRO-Brandpunt van 7 juli jl.?1

Vraag 2

Is het waar dat er nog steeds honderden vluchtelingen in noodwoningen in Tuzla wachten op een huis in Srebrenica?

Vraag 3

Klopt de uitspraak van burgemeester Durakovic van Srebrenica, dat sinds de wederopbouw jaarlijks gemiddeld maar 10 huizen zijn bijgebouwd? Indien ja, kunt u aangeven waarom zo weinig woningen zijn gerealiseerd?

Vraag 4

Is het waar dat Nederland sinds 1995 120 miljoen euro steun heeft verleend aan Srebrenica? Kunt u aangeven hoeveel daarvan was bedoeld voor wederopbouwactiviteiten?

Vraag 5

Kunt u aangeven waarom de geprojecteerde jaarlijkse uitgaven aan het programma voor de Srebrenica regio, zoals staat in het «goedkeuringsmemorandum 2011 – Sarajevo – algemeen beleidskader», achterblijven bij de beschikbare 5 miljoen euro? Hoe verhoudt deze onderuitputting zich tot het naar voren halen van gelden voor het Srebrenica Regional Recovery Programma voor 2013 naar 2012?

Vraag 6

Is bekend hoeveel van het beschikbare geld voor Srebrenica daadwerkelijk is besteed aan de beoogde doelen en hoeveel is opgegaan aan vaste lasten van de partnerorganisaties?

Vraag 7

Hoe wordt toegezien op de correcte en effectieve besteding van het geld voor Srebrenica?

Vraag 8

Heeft de ambassade in Sarajevo signalen ontvangen van corruptie bij de besteding van hulpgelden in Srebrenica? Zo ja, hoe is daarop gereageerd?

Vraag 9

Is het waar dat de directeur van de lokale afdeling van CARE International is ontslagen? Zo ja, kunt u aangeven wat de reden was van zijn vertrek en of er een relatie is met vermeende corruptie?

Vraag 10

Wat is uw oordeel over de effectiviteit van de besteding van het geld dat Nederland de afgelopen jaren voor Srebrenica beschikbaar heeft gesteld?

Naar boven