Vragen van de leden Van Dekken (PvdA) en Bruins Slot (CDA) aan de ministers van Veiligheid en Justitie en van Volksgezondheid, Welzijn en Sport over matchfixing (ingezonden 13 februari 2013).

Vraag 1

Bent u op de hoogte van de aanpak van «matchfixing» in België en Duitsland?1 Kent u het bericht «Matchfixing over de grens is ook in Nederland strafbaar»?2

Vraag 2

Deelt u de opvatting van de opsporingsdiensten in België en Duitsland dat Nederland te laks is met de opsporing van «matchfixing»? Zo ja, wat gaat u doen om hierin verbetering in aan te brengen? Zo nee, waarom niet en waaruit blijkt dat?

Vraag 3

Deelt u de mening van de cel voetbalfraude in België en Duitsland dat het belangrijk is om op tijd en met voldoende middelen «matchfixing» te bestrijden? Zo ja, wat gaat u doen om hier gevolg aan te geven? Zo nee, waarom niet?

Vraag 4

Wat vindt u van de uitspraak van de cel voetbalfraude in België en Duitsland dat het onderzoek van Europol slechts het topje van de ijsberg is?

Vraag 5

Is het waar dat Nederlanders in het buitenland van «matchfixing» worden verdacht? Zo ja, kan daarachter verdenking van deelname aan een criminele organisatie schuil gaan? Zo ja, kan dan door de Nederlandse justitiële autoriteiten onderzoek worden verricht op grond van het feit dat dergelijke delicten gepleegd door een Nederlander in het buitenland ook in Nederland strafbaar kunnen zijn (territorialiteitsbeginsel)? Gebeurt dit ook?

Vraag 6

Welke prioriteit geeft u aan de opsporing en vervolging van «matchfixing» en van de criminelen die vermoedelijk bij «matchfixing» betrokken zijn?

Vraag 7

Deelt u de mening dat stevige justitiële stappen noodzakelijk zijn, omdat er inmiddels concrete aanwijzingen zijn en er mogelijk sprake is van georganiseerde criminaliteit? Zo nee, waarom niet?

Vraag 8

Deelt u de opvatting dat het succes van de cel voetbalfraude alleen gegarandeerd is met speciale opsporingsmethoden, zoals afluisteren en observatie?

Vraag 9

Bent u het met de cel voetbalfraude van België en Duitsland eens dat het Openbaar Ministerie (OM) ook een dergelijke cel moet oprichten om tot goede samenwerking te komen en dat die samenwerking op dit moment niet goed mogelijk is? Zo ja, op welke termijn krijgt het OM een dergelijke cel? Zo nee, waarom niet?


X Noot
1

Uitzending 1Vandaag van 7 februari 2012

X Noot
2

Het Financieele Dagblad, 11 februari 2013

Naar boven