Vragen van het lid Voortman (GroenLinks) aan de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties over problemen met stemmen voor blinden en slechtzienden (ingezonden 16 augustus 2012).

Vraag 1

Herinnert u zich de experimenten die diverse Nederlandse gemeenten hebben gedaan bij de Gemeenteraadsverkiezingen van 2010, waarbij een stembushulpstuk (een soort mal) voor blinden en slechtzienden getest werd?

Vraag 2

Kunt u aangeven hoe deze experimenten zijn geëvalueerd, of deze experimenten bij de Tweede Kamerverkiezingen van 2010 en de Provinciale Statenverkiezingen van 2011 zijn herhaald, en wat de bevindingen waren?

Vraag 3

Deelt u de mening dat het wenselijk is dat de 300 000 blinden en slechtzienden in Nederland zonder begeleiding in het stemhokje een stem kunnen uitbrengen, zodat de geheimhouding, waar kiezers recht op hebben, voor deze groep gewaarborgd is? Zo ja, vindt u de huidige regeling, waarbij het blinden en slechtzienden toegestaan is een begeleider mee te nemen in het stemhokje, onbevredigend?

Vraag 4

Deelt u de constatering dat stemmen een grondrecht is en dat de optie van machtiging voor blinden en slechtzienden in die zin nooit een volwaardige oplossing voor stemproblemen van deze groep kan zijn?

Vraag 5

Kunt u garanderen dat bij de komende verkiezingen alle stembureaus over ten minste één hulpstuk bij het stemmen voor blinden en slechtzienden beschikken, zodat deze mensen zelfstandig en geheim kunnen stemmen? Zo nee, waarom niet?

Naar boven