Vragen van het lid Dibi (GroenLinks) aan de minister voor Immigratie, Integratie en Asiel en de staatssecretaris van Veiligheid en Justitie over het bericht dat de Nationale Ombudsman concludeert dat de vreemdelingenbewaring inhumaan is (ingezonden 8 augustus 2012).

Vraag 1

Bent u bekend met het rapport van de Nationale Ombudsman waarin wordt geconcludeerd dat de vreemdelingenbewaring inhumaan is?1

Vraag 2

Deelt u de mening dat vreemdelingenbewaring een uiterst dwangmiddel is dat zo kort mogelijk moet zijn, zo min mogelijk moet worden toegepast en slechts dan wanneer er uitzicht op terugkeer bestaat? Zo nee, waarom niet? Zo ja, hoe verhoudt dit streven zich tot de circa 6 000 asielzoekers die in vreemdelingendetentie verblijven, die hier soms wel langer dan achttien maanden verblijven en bij herhaling worden vastgezet?

Vraag 4

Wat is uw reactie op de constatering dat vreemdelingen in detentie in geestdodende omstandigheden verblijven? Is deze bevinding een gevolg van uw wens  om het detentiebeleid te versoberen?

Vraag 5

Hoe beoordeelt u de conclusie dat detentiecentra wel proberen om de omstandigheden te verbeteren, maar dat het tempo te laag is? Wat gaat u eraan doen om in een hoger tempo werk te maken van een meer menswaardige opvang?

Vraag 6

Deelt u de mening dat alternatieven voor vreemdelingenbewaring de voorkeur genieten boven vreemdelingendetentie? Zo nee, waarom niet? Zo ja, waarom wilt u eerst de evaluatie afwachten voordat u op zoek gaat naar meer volwaardige alternatieven, zoals de Nationale Ombudsman bepleit?


X Noot
1

Rapport Vreemdelingenbewaring, 7 augustus 2012

Naar boven